25. erkent dat auteurs en uitvoerend kunstenaars rechtsbescherming moet worden geboden voor hun scheppende en artistieke arbeid; erkent dat de verspreiding van cultuur en kennis in het belang van het publiek is; erkent het belang van producenten en uitgevers voor het introduceren van werken op de markt, en de noodzaak van een billijke en passende beloning voor alle categorieën rechthebbenden; verzoekt om
verbetering van de contractuele positie van auteurs en uitvoerend kunstenaars in verhouding tot andere rechthebbenden en tussenpersonen, met name door te overwegen een redelijke periode in te voeren v
oor het gebruik van ...[+++]rechten die door de auteur aan derden zijn overgedragen, waarna deze rechten zouden komen te vervallen, daar bij contractuele uitwisselingen sprake kan zijn van machtsongelijkheid; benadrukt in dit verband het belang van contractuele vrijheid; 25. weist darauf hin, dass es wichtig ist, Urhebern und ausübenden Künstler für ihre schöpferische und künstlerische Tätigkeit rechtlichen Schutz zukommen zu lassen; erkennt an, dass die Verbreitung von Kultur und Wissen im öffentlichen Interesse liegt; erkennt die Rolle von Produzenten und Verlegern, Werke auf den Markt zu bringen, un
d die Notwendigkeit einer fairen und angemessenen Vergütung für alle Gruppen von Rechtsinhabern an; fordert eine verbesserte vertragliche Position von Urhebern und ausübenden Künstlern im Verhältnis zu anderen Rechtsinhabern und Vermittlern, insbesondere durch die Erwägung einer angemessenen Frist für di
...[+++]e Nutzung der vom Urheber an Dritte übertragenen Rechte, nach deren Ablauf diese Rechte erlöschen würden, da vertragliche Kontakte durch ein Machtgefälle gekennzeichnet sein können; betont in diesem Zusammenhang die große Bedeutung der Vertragsfreiheit;