Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «rechters uitspraak moeten doen in beroepszaken tegen handelingen waarbij » (Néerlandais → Allemand) :

10. beveelt aan om een nieuwe beheersstructuur voor de instelling in te voeren, met een betere scheiding tussen rechterlijke en administratieve functies, in overeenstemming met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, zodat het niet meer kan gebeuren dat rechters uitspraak moeten doen in beroepszaken tegen handelingen waarbij hun instanties rechtstreeks betrokken waren;

10. empfiehlt eine Neustrukturierung des Organs dahingehend, dass klarer zwischen rechtlichen und administrativen Funktionen getrennt werden kann und somit die Struktur eher im Einklang mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention steht, damit Richter nicht mehr Gefahr laufen, über Beschwerden gegen Beschlüsse urteilen zu müssen, an denen ihre Stel ...[+++]


10. beveelt aan om een nieuwe beheersstructuur voor de instelling in te voeren, met een betere scheiding tussen rechterlijke en administratieve functies, in overeenstemming met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, zodat het niet meer kan gebeuren dat rechters uitspraak moeten doen in beroepszaken tegen handelingen waarbij hun instanties rechtstreeks betrokken waren;

10. empfiehlt eine Neustrukturierung des Organs dahingehend, dass klarer zwischen rechtlichen und administrativen Funktionen getrennt werden kann und somit die Struktur eher im Einklang mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention steht, damit Richter nicht mehr Gefahr laufen, über Beschwerden gegen Beschlüsse urteilen zu müssen, an denen ihre Stel ...[+++]


« Schenden de artikelen 63, 165 en 167 van het Burgerlijk Wetboek, afzonderlijk genomen of met elkaar in samenhang gelezen, in zoverre zij, naar gelang van de eraan gegeven interpretatie, het daadwerkelijke karakter van het beroep tegen de beslissing van de ambtenaar van de burgerlijke stand om de voltrekking van het huwelijk te weigeren, doen afhangen van de door de huwelijkskandidaten gekozen huwelijksdatum en/of van het bestaan van een uitstel, van twee maanden, eventueel verlengd met drie maanden, niet met name de artikelen 10 en ...[+++]

« Verstoßen die Artikel 63, 165 und 167 des Zivilgesetzbuches, an sich oder in Verbindung miteinander, indem sie je nach der Auslegung, die ihnen verliehen wird, die Wirksamkeit der Beschwerde gegen die Entscheidung des Standesbeamten zur Weigerung, die Trauung vorzunehmen, von dem von den Ehewilligen gewählten Datum der Eheschließung und/oder vom Vorliegen einer Aufschiebung um zwei Monate, gegebenenfalls um drei Monate verlängert, ...[+++]


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee vonnissen van 24 februari 2016 in zake respectievelijk M.A. en K. N'G. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de stad Namen en L.V.D. en K.D. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Sambreville, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 7 maart 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In zwei Urteilen vom 24. Februar 2016 in Sachen M.A. und K. N'G. gegen den Standesbeamten der Stadt Namur beziehungsweise L.V.D. und K.D. gegen den Standesbeamten der Gemeinde Sambreville, deren Ausfertigungen am 7. März 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentsc ...[+++]


49. is van mening dat de maatregelen tegen de radicalisering van Europese burgers en hun werving door terroristische organisaties alleen volledig effect zullen sorteren als zij geflankeerd worden door een doeltreffend, ontmoedigend en gedetailleerd strafrechtelijk instrumentarium in alle lidstaten; is van mening dat als de lidstaten concrete invulling geven aan de criminalisering van terreurdaden in het buitenland aan de zijde van ...[+++]

49. ist der Auffassung, dass Maßnahmen zur Prävention der Radikalisierung und der Anwerbung von EU-Bürgern durch terroristische Organisationen nur dann voll greifen, wenn sie in allen Mitgliedsstaaten mit wirksamen, abschreckenden und klaren strafrechtlichen Instrumenten einhergehen; ist der Auffassung, dass die Mitgliedstaaten der Europäischen Union, wenn sie terroristische Handlungen im Ausland an der Seite terroristischer Organisationen effektiv unter Strafe stellen, über wes ...[+++]


44. is van mening dat de maatregelen tegen de radicalisering van Europese burgers en hun werving door terroristische organisaties alleen volledig effect zullen sorteren als zij geflankeerd worden door een doeltreffend, ontmoedigend en gedetailleerd strafrechtelijk instrumentarium in alle lidstaten; is van mening dat als de lidstaten concrete invulling geven aan de criminalisering van terreurdaden in het buitenland aan de zijde van ...[+++]

44. ist der Auffassung, dass Maßnahmen zur Prävention der Radikalisierung und der Anwerbung von EU-Bürgern durch terroristische Organisationen nur dann voll greifen, wenn sie in allen Mitgliedsstaaten mit wirksamen, abschreckenden und klaren strafrechtlichen Instrumenten einhergehen; ist der Auffassung, dass die Mitgliedstaaten der Europäischen Union, wenn sie terroristische Handlungen im Ausland an der Seite terroristischer Organisationen effektiv unter Strafe stellen, über wes ...[+++]


Uit de feiten van de zaak die aan de verwijzende rechter werd voorgelegd en uit de motieven van zijn verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt gevraagd uitspraak te doen over de bestaanbaarheid van artikel 116, § 5, tweede lid, in fine, van het WWROSP met de artikelen 10 en 11, in samenhang gelezen met artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, in zoverre de in he ...[+++]

Aus dem Sachverhalt der dem vorlegenden Richter unterbreiteten Rechtssache und aus der Begründung der Verweisungsentscheidung geht hervor, dass der Hof gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 116 § 5 Absatz 2 in fine des WGBRSE mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit deren Artikel 23 Absatz 3 Nr. 4 z ...[+++]


« Schendt het enige artikel, § XV, van de wet van 25 oktober 1919 tot tijdelijke wijziging van de rechterlijke inrichting en van de rechtspleging voor de hoven en de rechtbanken, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de bevoegdheden van de raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg in strafzaken, waaronder, met toepassing van artikel 7 van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, de bevoegdheid om de internering te gelasten van de verdachte die een feit, misdaad of wanbedrijf genoemd, heeft gepleegd, met name tegen de orde der familie of de openbare zedelijkheid, aan een kamer met één rechter opgedragen worden, terwijl de kamers van de correctione ...[+++]

« Verstösst der einzige Artikel § XV des Gesetzes vom 25. Oktober 1919 zur zeitweiligen Abänderung der Gerichtsorganisation und des Verfahrens vor den Gerichtshöfen und Gerichten gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit er bestimmt, dass die Zuständigkeiten der Ratskammer des Gerichts erster Instanz in Strafsachen, darunter gemäss Artikel 7 des Gesetzes vom 1. Juli 1964 zum Schutz der Gesellschaft gegen Anormale und Gewohnheitsverbrecher die Zuständigkeit, die Internierung wegen einer als Verbrechen oder Vergehen bezeichneten Tat - insbesondere gegen die Familienordnung oder die öffentliche Sittlichkeit - anzuordnen, einer Kammer mit einem Einzelrichter zugeteilt werden, wohingegen die Kammern des Strafgerichts, die über gegen die ...[+++]


« Schendt het enige artikel, § XV, van de wet van 25 oktober 1919 tot tijdelijke wijziging van de rechterlijke inrichting en van de rechtspleging voor de hoven en de rechtbanken, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de bevoegdheden van de raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg in strafzaken, waaronder, met toepassing van artikel 7 van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, de bevoegdheid om de internering te gelasten van de verdachte die een feit, misdaad of wanbedrijf genoemd, heeft gepleegd, met name tegen de orde der familie of de openbare zedelijkheid, aan een kamer met één rechter opgedragen worden, terwijl de kamers van de correctione ...[+++]

« Verstösst der einzige Artikel § XV des Gesetzes vom 25. Oktober 1919 zur zeitweiligen Abänderung der Gerichtsorganisation und des Verfahrens vor den Gerichtshöfen und Gerichten gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, soweit er bestimmt, dass die Zuständigkeiten der Ratskammer des Gerichts erster Instanz in Strafsachen, darunter gemäss Artikel 7 des Gesetzes vom 1. Juli 1964 zum Schutz der Gesellschaft gegen Anormale und Gewohnheitsverbrecher die Zuständigkeit, die Internierung wegen einer als Verbrechen oder Vergehen bezeichneten Tat - insbesondere gegen die Familienordnung oder die öffentliche Sittlichkeit - anzuordnen, einer Kammer mit einem Einzelrichter zugeteilt werden, wohingegen die Kammern des Strafgerichts, die über gegen die ...[+++]


De wet beperkt weliswaar de termijn waarover de verweerders beschikken om excepties aan te voeren tegen de maatregel van onteigening tot acht dagen en de termijn waarover de rechter beschikt om uitspraak te doen tot achtenveertig uur; tevens staat de wetgever, door te bepalen dat het vonnis waarbij het verzoek van de onteigenaar wordt ingewilligd, niet vatbaar is voor beroep (artikel 8, tweede lid), door de onteigenaar toe te staan bezit te nemen van het goed zodra hij is overgegaan tot de betekening van dat vonnis (artikel 11) en door de onteigende pas toe te staan de wettigheid van de onteigening opnieuw aan te vechten nadat het vonnis is gewezen waarbij de voorlopige vergoedingen worden bepaald (artikelen 14 tot 16), de onteigenaar weli ...[+++]

Das Gesetz begrenzt zwar die Frist, die den Beklagten für die Erhebung ihrer Einreden gegen die Enteignungsmassnahme zur Verfügung steht, auf acht Tage und die Frist, über die der Richter verfügt, um zu befinden, auf achtundvierzig Stunden; ebenfalls ermöglicht der Gesetzgeber dem Enteigner - indem er bestimmt, dass gegen das Urteil, mit dem dem Antrag des Enteigners stattgegeben wird, keine Rechtsmittel eingelegt werden können (Artikel 8 Absatz 2), indem er des weiteren dem Enteigner einräumt, das Gut sofort nach Zustellung dieses Urteils in Besitz zu nehmen (Artikel 11), und indem dem Enteigneten erlaubt wird, erst dann die Gesetzlichkeit der Enteignung zu beanstanden, nachdem das Urteil, mit dem die vorläufigen Entschädigungen festgeleg ...[+++]


w