Volgens artikel 2.18.4 moet de bevoegde autoriteit, niet noodzakelijk de rechterlijke macht, de macht hebben een internetaanbieder op te dragen om aan een rechthebbende snel informatie te onthullen die voldoende is om de identiteit van een abonnee vast te stellen wiens account voor de schending zou zijn gebruikt.
Artikel 2. 18.4 besagt, dass die zuständige Behörde, die nicht notwendigerweise eine Justizbehörde ist, die Befugnis haben sollte, „einen Online-Anbieter damit zu beauftragen, umgehend genügend Informationen bekannt zu geben, um einen Abonnenten zu identifizieren, dessen Konto angeblich für die Verletzung benutzt worden ist“.