In de overwegingen van het kaderbesluit wordt ook verwezen naar het VN-Verdrag tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad, waarin is bepaald dat de partijen de mogelijkheid kunnen overwegen te eisen dat een dader de rechtmatige herkomst aantoont van vermeende opbrengsten van misdaad, met inbegrip van een omkering van de bewijslast en/of een versoepeling van de bewijsvereisten .
In ihren Erwägungsgründen wird zudem auf das Übereinkommen der Vereinten Nationen über die Bekämpfung der organisierten Kriminalität verwiesen, demzufolge die Unterzeichnerstaaten des Übereinkommens in Erwägung ziehen können, Straftäter u.a. durch Umkehr der Beweislast und/oder Erleichterung der Beweispflicht dazu zu verpflichten, den Nachweis für den rechtmäßigen Ursprung vermeintlicher Erträge aus Straftaten zu erbringen.