Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
.
Het dat rechtscollege toe
Indien
Komt

Traduction de «rechtscollege bestreden besluit » (Néerlandais → Allemand) :

Voor het overige heeft de grief van de verzoekende partijen voor de Raad van State volgens welke het voor dat rechtscollege bestreden besluit de kosten die niet rechtstreeks verbonden zijn aan de kostprijs van de geautomatiseerde stemming ten laste zou leggen van de gemeenten, geen betrekking op de in het geding zijnde bepaling, maar wel op de uitvoering ervan door het Waalse Gewest en valt zij in die zin onder de bevoegdheid van de Raad van State.

Außerdem bezieht sich der Beschwerdegrund der vor dem Staatsrat klagenden Parteien, wonach durch den vor diesem Rechtsprechungsorgan angefochtenen Erlass den Gemeinden Kosten auferlegt würden, die nicht direkt mit den Kosten der automatisierten Wahl zusammenhingen, nicht auf die fragliche Bestimmung, sondern vielmehr auf ihre Ausführung durch die Wallonische Region, und gehört er insofern zum Zuständigkeitsbereich des Staatsrates.


Hoewel de argumentatie van de verzoekende partijen gedeeltelijk steunt op het niet-bestreden artikel 94 van de wet van 5 februari 2016, alsook op een bijlage bij een koninklijk besluit dat niet onder de bevoegdheid van het Hof valt, kan hun kritiek, die niet uitsluitend betrekking heeft op de mogelijkheid voor de rechter in hoger beroep om middelen ambtshalve aan te voeren maar meer algemeen de onmogelijkheid voor de partijen beoogt om de draagwijdte van hun hoger beroep uit te breiden na het indienen van het verzoekschrift met vermel ...[+++]

Obwohl die Argumentation der klagenden Parteien sich teilweise auf den nicht angefochtenen Artikel 94 des Gesetzes vom 5. Februar 2016 sowie auf eine Anlage zu einem königlichen Erlass, der nicht zum Zuständigkeitsbereich des Gerichtshofes gehört, stützt, kann ihre Kritik, die nicht ausschließlich die Möglichkeit für den Berufungsrichter betrifft, Klagegründe von Amts wegen aufzuwerfen, sondern mehr allgemein die Unmöglichkeit für die Parteien bezweckt, die Tragweite ihrer Berufung nach dem Einreichen der Antragschrift mit Angabe der Anfechtungsgründe zu erweitern, in den angefochtenen Artikel 89 eingeordnet werden, insofern er nicht bestimmt ...[+++]


De prejudiciële vraag betreft de artikelen 2, 3°, en 22 tot 24 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 20 april 2001 « betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg », die, ten tijde van de aanneming van het voor het verwijzende rechtscollege bestreden besluit - en dus vóór de wijziging van het voormelde decreet bij het decreet van 13 februari 2004 « tot wijziging van het decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg en tot oprichting van de Mobiliteitsraad van Vlaanderen » - bepaalden :

Die präjudizielle Frage betrifft die Artikel 2 Nr. 3 und 22 bis 24 des Dekrets der Flämischen Region vom 20. April 2001 « über die Organisation des Personenkraftverkehrs », die zum Zeitpunkt der Annahme des vor dem vorlegenden Rechtsprechungsorgan angefochtenen Erlasses - also vor der Abänderung des vorerwähnten Dekrets durch das Dekret vom 13. Februar 2004 « zur Abänderung des Dekrets vom 20. April 2001 über die Organisation des Personenkraftverkehrs und zur Gründung des Mobilitätsrates für Flandern » - bestimmten:


Op 6 december 2005 - datum waarop de algemene vergadering van de Raad van State in het kader van de benoemingsprocedure die heeft geleid tot het bij het verwijzende rechtscollege bestreden koninklijk besluit van 5 maart 2006, heeft beraadslaagd over de voordracht van een lijst van drie kandidaten - bepaalde artikel 70 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State (vóór de wijzigingen erin aangebracht bij de wet van 15 september 2006 tot hervorming van de Raad van State en tot oprichting van een Raad voor Vreemdelingenbetwistingen) :

Am 6. Dezember 2005 - dem Datum, an dem die Generalversammlung des Staatsrates im Rahmen des Ernennungsverfahrens, das zu dem beim vorlegenden Rechtsprechungsorgan angefochtenen königlichen Erlass vom 5. März 2006 geführt hat, über den Vorschlag einer Liste von drei Bewerbern beraten hat - bestimmte Artikel 70 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat (vor seinen Abänderungen durch das Gesetz vom 15. September 2006 zur Reform des Staatsrates und zur Schaffung eines Rates für Ausländerstreitsachen):


In zijn arrest nr. 35/96 van 6 juni 1996 heeft het Hof gepreciseerd dat in zulk een geval, « [indien] voor een rechtscollege zou worden betoogd dat de onwettigheid van het koninklijk besluit veroorzaakt is door de ongrondwettigheid van de bestreden wetsbepaling, [.] het dat rechtscollege toe[komt] hierover een prejudiciële vraag te stellen aan het Hof ».

In seinem Urteil Nr. 35/96 vom 6. Juni 1996 habe der Hof präzisiert, dass in einem solchen Fall, « falls vor einem Rechtsprechungsorgan vorgebracht werden sollte, dass die Gesetzwidrigkeit des königlichen Erlasses auf die Verfassungswidrigkeit der angefochtenen Gesetzesbestimmung zurückzuführen wäre, [.] es Sache dieses Rechtsprechungsorgans [wäre], dem Hof eine diesbezügliche präjudizielle Frage zu unterbreiten ».


De verzoekende partij voor het verwijzende rechtscollege voert aan dat, in zoverre het bestreden besluit zou worden gegrond op artikel 75, tweede lid, van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, voorbehoud moet worden gemaakt bij de overeenstemming van die decreetsbepaling met de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet en dat daarover aan het Hof een prejudiciële vraag moet worden gesteld.

Der Kläger vor dem verweisenden Rechtsprechungsorgan führt an, dass, insofern der beanstandete Beschluss sich auf Artikel 75 Absatz 2 des Dekrets vom 12. Juni 1991 bezüglich der Universitäten in der Flämischen Gemeinschaft gründe, Vorbehalte bezüglich der Übereinstimmung dieser Dekretsbestimmung mit den Artikeln 10, 11 und 24 § 4 der Verfassung erhoben werden müssten und dass dem Hof darüber eine präjudizielle Frage vorgelegt werden müsse.


De verzoekende partij voor het verwijzende rechtscollege voert aan dat, in zoverre het bestreden besluit zou worden gegrond op artikel 75, tweede lid, van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, voorbehoud moet worden gemaakt bij de overeenstemming van die decreetsbepaling met de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet en dat daarover aan het Hof een prejudiciële vraag moet worden gesteld.

Der Kläger vor dem verweisenden Rechtsprechungsorgan führt an, dass, insofern der beanstandete Beschluss sich auf Artikel 75 Absatz 2 des Dekrets vom 12. Juni 1991 bezüglich der Universitäten in der Flämischen Gemeinschaft gründe, Vorbehalte bezüglich der Übereinstimmung dieser Dekretsbestimmung mit den Artikeln 10, 11 und 24 § 4 der Verfassung erhoben werden müssten und dass dem Hof darüber eine präjudizielle Frage vorgelegt werden müsse.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'rechtscollege bestreden besluit' ->

Date index: 2023-06-05
w