Vertaling van "rechtsorde en herinnert " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

communautaire rechtsorde | rechtsorde van de Unie
Rechtsordnung der Gemeinschaft | Rechtsordnung der Union

EU-rechtsorde [ communautaire juridische orde | rechtsorde van de Europese Unie ]
Rechtsordnung der EU [ Rechtsordnung der Europäischen Union | Rechtsordnung der Gemeinschaft ]

rechtsorde
Rechtsordnung

nationaal recht [ binnenlands recht | nationale rechtsorde | nationale voorschriften | nationale wetgeving | wetgeving van de lidstaten ]
nationales Recht [ Bundesrecht | einzelstaatliche Vorschriften | Gesetzgebung des Heimatstaats | innerstaatliches Recht | nationale Rechtsordnung | Rechtsvorschriften der Mitgliedstaaten ]

EU-recht [ communautaire rechtsorde | communautaire voorschriften | communautaire wetgeving | communautair recht | EG-recht | Europees recht | recht van de Europese Unie ]
EU-Recht [ Europäisches Recht | Gemeinschaftsrecht | Gesetzgebung der Gemeinschaft | Recht der Europäischen Union ]

interne rechtsorde
innerstaatliches Recht

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Het Hof merkt vervolgens op dat de „terugkeerrichtlijn” niet is omgezet in de Italiaanse rechtsorde en herinnert eraan dat in een dergelijke situatie particulieren, wanneer de bepalingen van een richtlijn inhoudelijk gezien onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig zijn, zich op die bepalingen kunnen beroepen tegenover de staat, wanneer deze heeft verzuimd de richtlijn om te zetten. Dit is in casu het geval met de artikelen 15 en 16 van de „terugkeerrichtlijn”.
Der Gerichtshof führt weiter aus, dass die „Rückführungsrichtlinie“ nicht in italienisches Recht umgesetzt wurde , und weist darauf hin, dass sich in einem solchen Fall ein Einzelner gegenüber dem Mitgliedstaat, der die Umsetzung unterlassen hat, auf inhaltlich unbedingte und hinreichend genaue Bestimmungen einer Richtlinie berufen kann. Dies trifft hier auf die Art. 15 und 16 der „Rückführungsrichtlinie“ zu.

1. herinnert eraan dat artikel 17 VEU de Commissie de essentiële rol van „hoedster van de Verdragen” toebedeelt; merkt in dit kader op dat de bevoegdheid en de plicht van de Commissie inbreukprocedures in gang te zetten tegen lidstaten die de krachtens de Verdragen op hen rustende verplichtingen niet nakomen, een hoeksteen van de rechtsorde van de EU is en als zodanig strookt met het concept van een op het beginsel van de rechtstaat gegrondveste Unie;
1. erinnert daran, dass Artikel 17 EUV die wesentliche Funktion der Kommission als „Hüterin der Verträge“ bestimmt; stellt in diesem Zusammenhang fest, dass die Befugnis und Pflicht der Kommission, ein Vertragsverletzungsverfahren gegen einen Mitgliedstaat einzuleiten, der gegen eine Verpflichtung aus den Verträgen verstoßen hat , ein Grundpfeiler der EU-Rechtsordnung ist und als solcher in Einklang mit dem Konzept einer auf der Rechtsstaatlichkeit beruhenden Union steht;

1. herinnert eraan dat artikel 17 VEU de Commissie de essentiële rol van "hoedster van de Verdragen" toebedeelt; merkt in dit kader op dat de bevoegdheid en de plicht van de Commissie inbreukprocedures in gang te zetten tegen lidstaten die de krachtens de Verdragen op hen rustende verplichtingen niet nakomen, een hoeksteen van de rechtsorde van de EU is en als zodanig strookt met het concept van een op het beginsel van de rechtstaat gegrondveste Unie;
1. erinnert daran, dass Artikel 17 EUV die wesentliche Funktion der Kommission als „Hüterin der Verträge“ bestimmt; stellt in diesem Zusammenhang fest, dass die Befugnis und Pflicht der Kommission, ein Vertragsverletzungsverfahren gegen einen Mitgliedstaat einzuleiten, der gegen eine Verpflichtung aus den Verträgen verstoßen hat, ein Grundpfeiler der EU-Rechtsordnung ist und als solcher in Einklang mit dem Konzept einer auf der Rechtsstaatlichkeit beruhenden Union steht;

12. brengt in herinnering dat door de Unie gesloten internationale overeenkomsten verenigbaar moeten zijn met de bepalingen van de Verdragen, dat zij bindend zijn voor de instellingen en de lidstaten (artikel 216, lid 2, VWEU) en, volgens de vaste rechtspraak van het HvJ-EU, een integraal onderdeel vormen van de rechtsorde van de Unie; onderstreept dat het teneinde bepalingen van internationale overeenkomsten een directe werking toe te kennen noodzakelijk is dat deze bepalingen "inhoudelijk gezien onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig lijken en mag noch de aard noch de opzet ervan zich tegen een dergelijke inroepbaarheid verzetten"; herinnert tevens aan de jurisprudentie van het HvJ-EU op grond waarvan de vereisten die voortvloeien uit de bescherming van de in de rechtsorde van de Unie erkende algemene beginselen, met inbegrip van de grondrechten, tevens bindend zijn voor de lidstaten wanneer zij regelgeving van de Unie ten uitvoer leggen, en op grond waarvan door een internationaal verdrag opgelegde verplichtingen geen inbreuk mogen vormen op de constitutionele beginselen van de Verdragen van de Unie, met inbegrip van het beginsel dat alle handelingen van de Unie de grondrechten moeten eerbiedigen;
12. Erinnert daran, dass von der Union abgeschlossene internationale Verträge mit den Bestimmungen der Unionsverträge vereinbar sein müssen, für die Institutionen sowie die Mitgliedstaaten verbindlich sind (Artikel 216 Absatz 2 AEUV) und gemäß der Rechtsprechung des EuGH integraler Bestandteil der Rechtsordnung der EU sind; betont, dass zur Anerkennung der direkten Auswirkung auf Bestimmungen von internationalen Verträgen diese hinsichtlich ihres Inhalts als bedingungslos und ausreichend genau erscheinen müssen, und von ihrem Wesen und ihrer allgemeinen Logik her nicht ausschließen dürfen, dass man sich darauf stützen kann“; weist außerdem auf die Rechtsprechung des EuGH hin, nach der auch die Mitgliedstaaten die Erfordernisse des Schutzes der in der Rechtsordnung der Union anerkannten allgemeinen Grundsätze, zu denen auch die Grundrechte zählen, bei der Durchführung gemeinschaftsrechtlicher Regelungen zu beachten haben, und nach der die Verpflichtungen aufgrund einer internationalen Übereinkunft nicht die Verfassungsgrundsätze der Unionsverträge beeinträchtigen können, zu denen auch der Grundsatz zählt, dass alle Handlungen der Gemeinschaft die Menschenrechte achten müssen;

22. herinnert de Commissie eraan dat in bovengenoemde mededeling van 20 maart 2002 betreffende betrekkingen met de klager inzake inbreuken op het gemeenschapsrecht verschillende fasen in de procedure worden genoemd die de Commissie aanvaardbaar vindt wat betreft de inrichting van haar discretionaire bevoegdheid en dat er dan ook geen belemmering bestaat voor het baseren van een verordening op dit instrument; wijst op het voornemen van de Commissie deze mededeling te herzien; verzoekt de Commissie met klem geen gebruik te maken van zachte wetgeving op het gebied van de inbreukprocedure, maar een verordening voor te stellen opdat het Parlement als medewetgeving volledig wordt betrokken bij een dergelijk belangrijk onderdeel van de rechtsorde van de EU;
22. erinnert die Kommission daran, dass die oben erwähnte Mitteilung vom 20. März 2002 über die Beziehungen zum Beschwerdeführer bei Verstößen gegen das Gemeinschaftsrecht Verfahrensschritte enthält, die die Kommission bezüglich der Regelung ihrer Ermessensfreiheit für akzeptabel hält, und dass daher nichts dem entgegenstehen sollte, eine Verordnung auf dieses Instrument zu stützen; nimmt die Absicht der Kommission, diese Mitteilung zu überprüfen, zur Kenntnis; fordert die Kommission dringend auf, im Zusammenhang mit dem Vertragsverletzungsverfahren keine nicht zwingenden Rechtsinstrumente („soft law“) anzuwenden, sondern eine Verordnung vorzuschlagen, damit das Parlament als Mitgesetzgeber in einem solch wesentlichen Punkt der EU-Rechtsordnung umfassend beteiligt wird;

herinnert aan het uitblijven van een definitieve oplossing in onopgeloste conflicten in de landen van het Europees Nabuurschapsbeleid (ENB); benadrukt dat dergelijke situaties een context scheppen waarin de rechtsorde en schendingen van de mensenrechten in de betreffende gebieden worden veronachtzaamd, en de waarborging van en het respect voor alle rechten van het kind ernstig wordt gehinderd; roept op tot het met voorrang aanpakken van de specifieke situatie van kinderen en hun gezinnen in de gebieden met onopgeloste conflicten in ENB-landen in de context van de stappen die de EU op dit gebied neemt;
erinnert daran, dass eine endgültige Beilegung der ungelöste Konflikte in den unter die ENP fallenden Ländern noch aussteht, hebt hervor, dass solche Situationen ein Umfeld schaffen, in dem die Verletzung der Rechtsstaatlichkeit und der Menschenrechte in den Konfliktregionen vernachlässigt wird, und dadurch auch die Gewährleistung und Achtung aller Rechte des Kindes erheblich behindert werden; fordert, dass die besondere Lage der Kinder und ihrer Familien in den Regionen in den ENP-Ländern, in denen es ungelöste Konflikte gibt, im Rahmen der von der Europäischen Union in diesem Bereich ergriffenen Maßnahmen vorrangig behandelt wird;

Om te beginnen herinnert het Hof eraan dat het recht op eerbiediging van het gezinsleven in de zin van het Europees Verdrag voor de bescherming van de rechten van de mens deel uitmaakt van de grondrechten die in de communautaire rechtsorde worden beschermd, en dat het Verdrag inzake de rechten van het kind en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie eveneens het beginsel van de eerbiediging van het gezinsleven erkennen.
Er verweist zunächst darauf, dass das Recht auf Achtung des Familienlebens im Sinne der Europäischen Menschenrechtskonvention zu den Grundrechten gehört, die in der Gemeinschaftsrechtsordnung geschützt werden, und dass der Grundsatz der Achtung des Familienlebens auch im Übereinkommen über die Rechte des Kindes und in der Charta der Grundrechte der Europäischen Union anerkannt wird.

11. herinnert eraan dat het recht om asiel aan te vragen een fundamenteel recht is, dat vrij moet kunnen worden uitgeoefend in overeenstemming met het Verdrag van Genève en het Protocol van New York, de rechtsorde van de Europese Unie en het interne recht van de lidstaten; herinnert eraan dat alle lidstaten van de Unie de Conventie van Genève moeten respecteren en dat de totstandkoming van Europese afspraken geen afbreuk mag betekenen aan wat in deze Conventie wordt afgesproken; bevestigt in dit opzicht - rekening houdend met de gemeenschappelijke standpunten van de Raad over het beginsel van veilige derde landen - het beginsel van non-refoulement van de asielzoeker, zoals omschreven in het Verdrag van Genève (art. 31 en 33);
11. weist darauf hin, daß das Recht, Asyl zu beantragen, ein Grundrecht ist und daß der Asylbewerber die Möglichkeit haben muß, dieses Recht gemäß dem Übereinkommen von Genf und dem Protokoll von New York sowie dem Rechtsrahmen der Europäischen Union und dem internen Recht der Mitgliedstaaten ungehindert auszuüben; erinnert daran, daß alle Mitgliedstaaten der Union sich an das Genfer Abkommen halten müssen, und daß der Abschluß von europäischen Vereinbarungen dieses Übereinkommen nicht beeinträchtigen darf; bekräftigt in diesem Zusammenhang - und unter Berücksichtigung der gemeinsamen Standpunkte des Rates zum Grundsatz der sicheren Drittländer und der sicheren Herkunftsländer - den Grundsatz der "Nichtzurückweisung" des Asylbewerbers im Sinne des Genfer Abkommens (Artikel 33 und 31);