Traduction de «rechtstreeks daarbij betrokken gemeenschappen » (Néerlandais → Allemand) :

8. Wanneer een lidstaat krachtens de leden 3, 4, 6 of 7 machtiging verleent tot binnenkomst op of doorreis via zijn grondgebied van de in de bijlage vermelde personen, geldt deze machtiging alleen voor het doel waarvoor ze is verleend en alleen voor de rechtstreeks daarbij betrokken personen.
(8) In den Fällen, in denen ein Mitgliedstaat den im Anhang aufgeführten Personen die Einreise in oder die Durchreise durch sein Hoheitsgebiet nach Absatz 3, 4, 6 oder 7 genehmigt, gilt die Genehmigung ausschließlich für den Zweck, für den sie erteilt wurde, und für die davon unmittelbar betroffenen Personen.

7. Wanneer een lidstaat krachtens de leden 2,3,5 en 6 toestemming verleent tot binnenkomst op of doorreis via zijn grondgebied van de in bijlage II vermelde personen, geldt deze toestemming alleen voor het doel waarvoor ze is verleend en alleen voor de rechtstreeks daarbij betrokken personen.
(7) In den Fällen, in denen ein Mitgliedstaat aufgrund der Absätze 2, 3, 5 und 6 den in Anhang II aufgeführten Personen die Einreise in oder die Durchreise durch sein Hoheitsgebiet genehmigt, gilt die Genehmigung ausschließlich für den Zweck, für den sie erteilt wurde, und für die davon unmittelbar betroffenen Personen.

7. In de gevallen waarin een lidstaat krachtens de leden 3 tot en met 6 machtiging verleent tot binnenkomst op of doorreis via zijn grondgebied van de in de bijlage vermelde personen, geldt deze machtiging strikt voor het doel waarvoor ze is verleend en alleen voor de rechtstreeks daarbij betrokken personen.
(7) In den Fällen, in denen ein Mitgliedstaat aufgrund der Absätze 3 bis 6 den im Anhang aufgeführten Personen die Einreise in sein Hoheitsgebiet oder die Durchreise durch dieses Gebiet genehmigt, gilt die Genehmigung ausschließlich für den Zweck, für den sie erteilt wurde, und für die unmittelbar davon betroffenen Personen.

109. is er diep van overtuigd dat er dringend behoefte is aan de bevordering en implementatie van een karterings- en ruimtelijk planningsprogramma voor de communautaire wateren om te voldoen aan de noodzaak van instandhouding van een duurzame en geografisch representatieve visserijsector; is van mening dat het in kaart brengen van zones een goede voorbereiding is voor de bouw van offshorewindturbineparken of voor energieproductie, kooldioxideopslag en voor zand- en grindwinning of aquacultuur en dat het in kaart brengen van beschermde mariene gebieden, waaronder Natura 2000-gebieden en andere gevoelige habitats en soorten zou leiden tot een efficiënter en duurzamer gebruik van het mariene milieu; onderstreept dat, om een efficiënte ruimtelijke planning mogelijk te maken, gebieden met visserijactiviteit in kaart moeten worden gebracht, en dit moet worden vergemakkelijkt door het verbeteren en standaardiseren van de volgsystemen voor vissersvaartuigen en de logboekgegevens van alle lidstaten; is van mening dat planningsbeslissingen betreffende communautaire wateren moeten worden genomen in volledig overleg met de visserijsector en de rechtstreeks daarbij betrokken gemeenschappen;
109. ist zutiefst davon überzeugt, dass eine dringende Notwendigkeit besteht, ein Planungsprogramm für die Meeresraumordnung gemeinschaftlicher Gewässer zu fördern und anzuwenden, um den Erfordernissen der Erhaltung eines nachhaltigen und geografisch repräsentativen Fischereisektors gerecht zu werden; ist der Auffassung, dass die Raumzuweisung von Zonen für Küstenwindkraftanlagen zur Energieerzeugung oder zur CO2-Sequestrierung und zur Sand- und Kiesgewinnung oder für Aquakulturen zu begrüßen ist und dass die Kartierung geschützter Meeresgebiete, einschließlich der Natura 2000 Gebiete und für andere gefährdete Biosphären und Arten zu einer wirksameren und nachhaltigen Nutzung der maritimen Umwelt führen würde; unterstreicht, dass für eine wirksame Raumplanung, Gebiete für Fischereiaktivitäten zugewiesen werden müssen und dass dies durch einen besseren und standardisierten Zugang zu Schiffsüberwachungssystemen und Logbucheinträgen in allen Mitgliedstaaten ermöglicht werden sollte; ist ferner der Auffassung, dass Planungsentscheidungen betreffend Gemeinschaftsgewässer nach umfassender Konsultation mit dem Fischereisektor und den direkt betroffenen Gemeinschaften getroffen werden sollten;

110. is er diep van overtuigd dat er dringend behoefte is aan de bevordering en implementatie van een karterings- en ruimtelijk planningsprogramma voor de communautaire wateren om te voorzien in de noodzaak tot instandhouding van een duurzame en geografisch representatieve visserijsector; is van mening dat het in kaart brengen van zones een goede voorbereiding is voor de bouw van offshorewindturbineparken of voor energieproductie, kooldioxideopslag en voor zand- en grindwinning of aquacultuur en dat het in kaart brengen van beschermde mariene gebieden, waaronder Natura 2000-gebieden en andere gevoelige habitats en soorten zou leiden tot een efficiënter en duurzamer gebruik van ons mariene milieu; onderstreept dat, om een efficiënte ruimtelijke planning mogelijk te maken, gebieden met visserijactiviteit in kaart moeten worden gebracht, en dit moet worden vergemakkelijkt door het verbeteren en standaardiseren van de volgsystemen voor vissersvaartuigen en de logboekgegevens van alle lidstaten; is van mening dat planningsbeslissingen betreffende communautaire wateren moeten worden genomen in volledig overleg met de visserijsector en de rechtstreeks daarbij betrokken gemeenschappen;
110. ist zutiefst davon überzeugt, dass eine dringende Notwendigkeit besteht, ein Planungsprogramm für die Meeresraumordnung gemeinschaftlicher Gewässer zu fördern und anzuwenden, um den Erfordernissen der Erhaltung eines nachhaltigen und geografisch repräsentativen Fischereisektors gerecht zu werden; ist der Auffassung, dass die Raumzuweisung von Zonen für Küstenwindkraftanlagen zur Energieerzeugung oder zur CO2-Sequestrierung und zur Sand- und Kiesgewinnung oder für Aquakulturen zu begrüßen ist und dass die Raumzuweisung für die Lage geschützter Meeresgebiete, einschließlich der Natura 2000 Gebiete und für andere gefährdete Biosphären und Arten zu einer wirksameren und nachhaltigen Nutzung der maritimen Umwelt führen würde; unterstreicht, dass für eine wirksame Raumplanung, Gebiete für Fischereiaktivitäten zugewiesen werden müssen und dass dies durch einen besseren und standardisierten Zugang zu Schiffsüberwachungssystemen und Logbucheinträgen in allen Mitgliedstaaten ermöglicht werden sollte; ist ferner der Auffassung, dass Planungsentscheidungen betreffend Gemeinschaftsgewässer nach umfassender Konsultation mit dem Fischereisektor und den direkt betroffenen Gemeinschaften getroffen werden sollten;

24. is er diep van overtuigd dat er dringend behoefte is aan de bevordering en implementatie van een karterings- en ruimtelijk planningsprogramma voor de communautaire wateren om te voorzien in de noodzaak tot instandhouding van een duurzame en geografisch representatieve visserijsector; het in kaart brengen van zones die zich goed lenen voor de bouw van offshorewindturbineparken of voor energieproductie dan wel kooldioxideopslag en voor zand- en grindwinning of aquacultuur of het in kaart brengen van beschermde mariene gebieden, waaronder Natura 2000-gebieden en de locatie van andere gevoelige habitats en soorten zou leiden tot een efficiënter en duurzamer gebruik van ons mariene milieu; om een efficiënte ruimtelijke planning mogelijk te maken, moeten gebieden met visserijactiviteit in kaart worden gebracht, en dit moet worden vergemakkelijkt door het verbeteren en standaardiseren van de volgsystemen voor vissersvaartuigen en de logboekgegevens van alle lidstaten; is van mening dat planningsbeslissingen betreffende communautaire wateren moeten worden genomen in volledig overleg met de visserijsector en de rechtstreeks daarbij betrokken gemeenschappen;
24. ist zutiefst davon überzeugt, dass eine dringende Notwendigkeit besteht, ein Planungsprogramm für die Meeresraumordnung gemeinschaftlicher Gewässer zu fördern und anzuwenden, um den Erfordernissen der Erhaltung eines nachhaltigen und geografisch repräsentativen Fischereisektors gerecht zu werden; ist der Auffassung, dass die Raumzuweisung idealer Zonen für Küstenwindkraftanlagen zur Energieerzeugung oder zur CO2-Sequestrierung und zur Sand- und Kiesgewinnung oder für Aquakulturen beziehungsweise die Raumzuweisung für die Lage geschützter Meeresgebiete, einschließlich der Natura 2000 Gebiete und für andere gefährdete Biosphären und Arten zu einer wirksameren und nachhaltigen Nutzung der maritimen Umwelt führen würde; ist ferner der Auffassung, dass für eine wirksame Raumplanung, Gebiete für Fischereiaktivitäten zugewiesen werden müssen und dass dies duch einen besseren und standardisierten Zugang zu Schiffsüberwachungssystemen und Logbucheinträgen in allen Mitgliedstaaten ermöglicht werden sollte; ist ferner der Auffassung, dass Planungsentscheidungen betreffend Gemeinschaftsgewässer nach umfassender Konsultation mit dem Fischereisektor und den direkt betroffenen Gemeinschaften getroffen werden sollten;

„7. In de gevallen waarin een lidstaat krachtens de leden 3 tot en met 6 machtiging verleent tot binnenkomst op of doorreis via zijn grondgebied van de in de bijlage vermelde personen, geldt deze machtiging strikt voor het doel waarvoor ze is verleend en alleen voor de rechtstreeks daarbij betrokken personen”.
„(7) In den Fällen, in denen ein Mitgliedstaat aufgrund der Absätze 3 bis 6 den im Anhang genannten Personen die Einreise in sein Hoheitsgebiet oder die Durchreise durch dieses Gebiet genehmigt, gilt die Genehmigung ausschließlich für den Zweck, für den sie erteilt wurde, und für die unmittelbar davon betroffenen Personen.“

70. neemt nota van de nieuwe gendergelijkheidsstrategie van de Europese Commissie, die specifiek aandacht besteedt aan de genitale verminking van vrouwen; wijst nogmaals op de noodzaak van coherentie tussen het interne en het externe beleid van de EU met betrekking tot deze specifieke kwestie; dringt er bij de Europese Commissie en de lidstaten op aan de genitale verminking van vrouwen aan de orde te stellen in het kader van de politieke en beleidsdialoog met partnerlanden en met belanghebbenden die in de nationale context een belangrijke rol spelen met betrekking tot deze gevoelige kwestie, en daarbij gebruik te maken van een participatieve benadering, met inbreng van de betrokken gemeenschappen; verzoekt de Commissie, de Raad en de lidstaten een beroep te doen op alle politieke en institutionele middelen om initiatieven te steunen die erop zijn gericht dat de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties zo spoedig mogelijk een resolutie aanneemt waarin wordt opgeroepen tot een wereldwijd moratorium op genitale verminking van vrouwen;
70. nimmt die neue Strategie der Europäischen Kommission für die Geschlechtergleichstellung zur Kenntnis, die speziell auch auf die Frage der weiblichen Genitalverstümmelung eingeht; betont erneut die Notwendigkeit der Kohärenz der innen- und außenpolitischen Maßnahmen der EU in dieser Frage; fordert die Kommission und die EU-Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, das Thema der weiblichen Genitalverstümmelung bei politischen und strategischen Dialogen mit Partnerländern und mit Gruppen, die auf nationaler Ebene mit dieser sensiblen Problematik befasst sind, zur Sprache zu bringen, wobei ein partizipatorischer Ansatz und die Einbeziehung der betroffenen Gemeinschaften erforderlich sind; fordert die Kommission, den Rat und die Mitgliedstaaten auf, das gesamte politische und institutionelle Instrumentarium für die Unterstützung von Initiativen einzusetzen, die auf die baldige Annahme einer Resolution der Generalversammlung der Vereinten Nationen abzielen, in der ein weltweites Moratorium für die weibliche Genitalverstümmelung gefordert wird;

De instemming van de leden van de Commissie met een door één of meer van haar leden gedaan voorstel kan via een schriftelijke procedure worden verkregen, mits dat voorstel de instemming van de rechtstreeks daarbij betrokken directoraten-generaal heeft verkregen en daarover door de Juridische dienst een gunstig advies werd uitgebracht.
Die Zustimmung der Kommission zu dem Vorschlag eines oder mehrerer ihrer Mitglieder kann im schriftlichen Verfahren eingeholt werden, sofern die unmittelbar beteiligten Generaldirektionen dem Vorschlag zustimmen und der Juristische Dienst ihn befürwortet.