In de zaken nrs. 4814 en 4815 is het derde middel afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en van artikel 6, § 1, VI, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, al dan niet in samenhang gelezen met de alge
mene beginselen van rechtszekerheid en evenredigheid, met de vrijheid van h
andel en nijverheid gewaarborgd bij artikel 7 van het decreet d'Allarde van 2 en 17 maart 1791, met het eigendomsrecht, met name gewaarborgd bij artikel 16 van de Grondwet en bij het Eerste Aanvullend
...[+++]Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en, ten slotte, met richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten, en in het bijzonder artikel 45 ervan.In den Rechtssachen Nrn. 4814 und 4815 ist der dritte Klagegrund abgeleitet aus dem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung und gegen Artikel 6 § 1 VI des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, gegebenenfalls in Verbindung mit den allgemei
nen Grundsätzen der Rechtssicherheit und der Verhältnismässigkeit, mit der Handels- und Gewerbefreiheit, die durch Artikel 7 des d'Allarde-Dekrets vom 2. und 17. März 1791 gewährleistet wird, mit dem Eigentumsrecht, das unter anderem durch Artikel 16 der Verfassung und durch das erste Zusatzprotokoll zur Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleistet wird, und s
...[+++]chliesslich mit der Richtlinie 2004/18/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 31. März 2004 über die Koordinierung der Verfahren zur Vergabe öffentlicher Bauaufträge, Lieferaufträge und Dienstleistungsaufträge, insbesondere deren Artikel 45.