[29] De vaakst opgegeven redenen waren: groepen kanalen die tot dezelfde omroeporganisatie behoren, behalen gezamenlijk - maar niet afzonderlijk - het grootste gedeelte; thematische aard van de programma's van de kanalen en gemaakte vorderingen; het nog korte bestaan van het kanaal; dochtermaatschappijen van ondernemingen buiten de EU.
[29] Am häufigsten wurden folgende Gründe genannt: Gruppen von Kanälen, die sich im Eigentum ein- und derselben Fernsehanstalt befinden, erfuellen zwar zusammen genommen - nicht jedoch einzeln - die Anforderung des Mehrheitsanteils; die Tatsache, dass es sich um Spartenprogrammkanäle handelt und dass Fortschritte erzielt wurden; dass es Tochterfirmen nicht-europäischer Unternehmen sind.
