geeft uiting aan zijn diepe bezorgdheid over de beperkte rol die het Parlement bij het Europees semester is toebedeeld; betreurt het dat de Commissi
e en de Raad weinig voortgang hebben geboekt bij het verbeteren van de democratische controle op de richtsnoeren voor het economisch beleid; is van mening dat artikel 136 van het VWEU de Raad volgens de bestaande Verdragen in staat stelt om op aanbeveling van de Commissie en met medezeggenschap van alleen de lidstaten die de euro als munt
hebben, in het kader van het Europees semester bindende economische beleidsrichtsnoeren vast te stellen voor de
...[+++]landen van de eurozone; onderstreept dat het bindende karakter van de economische beleidscoördinatie zou worden versterkt door gebruikmaking van een stimuleringsmechanisme; dringt aan op sluiting van een interinstitutioneel akkoord om het Parlement te betrekken bij de opstelling en goedkeuring van de jaarlijkse groeianalyse en de richtsnoeren inzake economisch beleid en werkgelegenheid; Das Europäische Parlament äußert sich tief besorgt über die geringe Rolle, die das Parlament im Rahmen des Europäischen Semesters einnimmt. Es bedauert, dass die Kommission und der Rat kaum Fortschritte bei der Stärkung der demokratischen Kontrolle der wirtschaftspolitischen
Leitlinien erzielt haben. Es vertritt die Auffassung, dass auf der Grundlage der bestehenden Verträge dem Rat nach Artikel 136 AEUV gestattet wird, auf Empfehlung der Kommission und allein mit der Stimme der Mitgliedsstaaten, deren Währung der Euro ist, verbindliche wirtschaftspolitische Richtlinien für die Länder der Euro-Währungsgebietes im Rahmen des Europäischen
...[+++]Semesters zu verabschieden. Es betont, dass ein Anreizmechanismus den verbindlichen Charakter der wirtschaftspolitischen Koordinierung stärken würde. Es fordert eine Interinstitutionelle Vereinbarung, um das Parlament in die Ausarbeitung und Genehmigung des Jahreswachstumsberichts sowie der Grundzüge der Wirtschaftspolitik und der beschäftigungspolitischen Leitlinien mit einzubeziehen.