Zij variëren van indicatoren voor de fysieke output (aangelegde infrastructuurvoorzieningen, verstrekte opleidingen, enz.) tot resultaatindicatoren (onmiddellijk geboekte winsten wat doelmatigheid betreft) en indicatoren inzake de sociaal-economische impact, die wordt beschreven aan de hand van gegevens over de ontwikkeling van de productiestructuur en van de werkgelegenheid.
Sie reichen von materiellen Indikatoren (Infrastrukturausstattung, Umfang des Fortbildungsangebots usw.) bis hin zu Leistungsindikatoren (sofortiger Effizienzgewinn) und den Indikatoren der sozioökonomischen Auswirkungen (beschrieben in Form der Entwicklung der Produktions- und Beschäftigungsstrukturen).