De grillige morfologie, de veranderlijkheid en de geringe doorlaatbaarheid van de onderlaag, het lage gehalte aan organische stoffen in die onderlaag, zijn rijkdom aan zouten en de lange perioden van droogte resulteren in een zoutverdragende, kruidige vegetatie die over specifieke aanpassingsmechanismen beschikt.
Die unregelmäßige Morphologie, die Mobilität und die geringe Durchlässigkeit des Substrats, der geringe Gehalt an organischer Substanz, der hohe Salzgehalt und die langen Trockenzeiten führen zur Selektion von Grassorten, die den Salzgehalt vertragen und spezielle Anpassungsmechanismen besitzen.