Bij andere beleggingsdiensten moet de onderneming op grond van artikel 19, lid 5, van die richtlijn toetsen of een beleggingsdienst of -product voor een cliënt passend is, maar alleen als het product niet wordt aangeboden op louter uitvoerende basis in de zin van artikel 19, lid 6, van die richtlijn (dat alleen van toepassing is op niet-complexe producten).
Bei anderen Wertpapierdienstleistungen muss die Wertpapierfirma gemäß Artikel 19 Absatz 5 der Richtlinie die Angemessenheit einer Wertpapierdienstleistung oder eines Produkts für einen Kunden nur beurteilen, wenn das Produkt nicht lediglich im Rahmen einer Dienstleistung gemäß Artikel 19 Absatz 6 der genannten Richtlinie (nichtkomplexe Produkte) angeboten wird.