Het plegen van een dergelijk misdrijf wordt ten slotte niet bestraft door de ontbinding van de religieuze gemeenschap binnen welke dat misdrijf zou zijn gepleegd (vgl. EHRM, 10 juni 2010, Jehovah's Witnesses of Moscow en anderen t. Rusland, §§ 141 en 159).
Das Begehen einer solchen Straftat wird schließlich nicht bestraft durch die Auflösung der religiösen Gemeinschaft, in der diese Straftat gegebenenfalls begangen wurde (vgl. EuGHMR, 10. Juni 2010, Jehovah's Witnesses of Moscow und andere gegen Russland, §§ 141 und 159).