De lidstaten nemen maatregelen om ervoor te zorgen dat schepen die uit hoofde van de vorige alinea, onder a) zijn uitgezonderd van het toepassingsgebied van deze richtlijn, hun scheepsafval en ladingresiduen afgeven op een wijze die, voorzover redelijk en uitvoerbaar, in overeenstemming is met deze richtlijn.
Die Mitgliedstaaten ergreifen Maßnahmen, um sicherzustellen, daß Schiffe, die vom Anwendungsbereich dieser Richtlinie gemäß Absatz 1 Buchstabe a ausgenommen sind, ihre Schiffsabfälle und Ladungsrückstände, soweit es zumutbar und praktikabel ist, im Sinne dieser Richtlinie entsorgen.