Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "schendt artikel 219 wib92 " (Nederlands → Duits) :

« Schendt artikel 219 WIB92 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in die zin uitgelegd dat artikel 219, lid 7 WIB92 niet zou moeten worden toegepast indien de verkrijger van het bedrag van de kosten bedoeld in artikel 57 of van de voordelen van alle aard bedoeld in de artikelen 31, tweede lid, 2°, en 32, tweede lid, 2° dat niet wordt verantwoord door individuele fiches en een samenvattende opgave en [voortkomt] uit verdoken meerwinsten op ondubbelzinnige wijze werd geïdentificeerd uiterlijk binnen 2 jaar en 6 maanden volgend op 1 januari van het betreffende aanslagjaar, terwijl artikel 219, lid 7 WIB92 in de gegeven omstandigheden wel zou moeten worden ...[+++]

« Verstößt Artikel 219 des EStGB 1992 gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, dahin ausgelegt, dass Artikel 219 Absatz 7 des EStGB 1992 keine Anwendung finden würde, wenn der Empfänger des Betrags der in Artikel 57 erwähnten Kosten oder der in den Artikeln 31 Absatz 2 Nr. 2 und 32 Absatz 2 Nr. 2 erwähnten Vorteile jeglicher Art, der nicht durch Individualkarten und eine zusammenfassende Aufstellung nachgewiesen wird und aus verschleierten Gewinnen stammt, spätestens zwei Jahre und sechs Monate ab dem 1. Januar des betreffenden Steuerjahres eindeutig identifiziert worden ist, während Artikel 219 Absatz 7 des EStGB 1992 unter den gegebenen Umständen ...[+++]


- Geïnterpreteerd in die zin dat het de toepassing van een afzonderlijke aanslag niet verhindert indien de verkrijger werd geïdentificeerd binnen de termijn van twee jaar en zes maanden maar de belastingadministratie niet heeft kunnen overgaan tot de belasting van de verkrijger binnen de voorgeschreven termijn, schendt artikel 219 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet niet.

- Dahin ausgelegt, dass er die Anwendung einer getrennten Steuer nicht verhindert, wenn der Empfänger innerhalb der Frist von zwei Jahren und sechs Monaten identifiziert worden ist, die Steuerverwaltung die Besteuerung des Empfängers aber nicht innerhalb der vorgeschriebenen Frist hat vornehmen können, verstößt Artikel 219 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 nicht gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung.


- Geïnterpreteerd in die zin dat het de toepassing van een afzonderlijke aanslag verhindert in alle gevallen waarin de verkrijger op ondubbelzinnige wijze werd geïdentificeerd binnen de termijn van twee jaar en zes maanden, zelfs wanneer de belastingadministratie niet heeft kunnen overgaan tot de belasting van de verkrijger binnen de voorgeschreven termijn, schendt artikel 219 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet.

- Dahin ausgelegt, dass er die Anwendung einer getrennten Steuer in allen Fällen verhindert, in denen der Empfänger innerhalb der Frist von zwei Jahren und sechs Monaten eindeutig identifiziert worden ist, und zwar auch dann, wenn die Steuerverwaltung die Besteuerung des Empfängers nicht innerhalb der vorgeschriebenen Frist hat vornehmen können, verstößt Artikel 219 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung.


- In die zin geïnterpreteerd dat het de rechter verbiedt een toezicht met volle rechtsmacht uit te oefenen op de afzonderlijke aanslag, schendt artikel 219 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.

- Dahin ausgelegt, dass er es dem Richter verbietet, eine Kontrolle mit voller Rechtsprechungsbefugnis über die getrennte Veranlagung auszuüben, verstößt Artikel 219 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention.


- In die zin geïnterpreteerd dat het de rechter niet verbiedt een toezicht met volle rechtsmacht uit te oefenen op de afzonderlijke aanslag, schendt artikel 219 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, niet.

- Dahin ausgelegt, dass er es dem Richter nicht verbietet, eine Kontrolle mit voller Rechtsprechungsbefugnis über die getrennte Veranlagung auszuüben, verstößt Artikel 219 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 nicht gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention.


». b. Bij arrest van 24 juni 2015 in zake Robert Peeters tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 augustus 2015, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 57 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) in combinatie met artikel 53, 2° van het zelfde wetboek, de artikelen 10 en 11 van de Gecoördineerde Grondwet in sam ...[+++]

». b. In seinem Entscheid vom 24. Juni 2015 in Sachen Robert Peeters gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 18. August 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 57 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 (EStGB 1992) in Verbindung mit Artikel 53 Nr. 2 desselben Gesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der koordinierten Verfassung in Verbindung mit deren Artikeln 170 und 172, indem die Abzugsfähigkeit in der Steuer der ...[+++]


« Schendt artikel 219 van het WIB 1992, zoals het voor het aanslagjaar 1994 van toepassing was, de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in zoverre het in geen enkele mogelijkheid voorziet om te ontsnappen aan de betaling van de afzonderlijke aanslag wanneer het gaat om kosten die zijn toegekend als terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever, terwijl de aanslag voor de andere in artikel 57 van het WIB 1992 bedoelde kosten niet verschuldigd is indien de belastingplichtige aantoont dat die kosten zijn begrepen in een door de genieter overeenkomstig artikel 305 van het WIB 1992 ingediende aangifte ?

« Verstösst Artikel 219 des EStGB 1992 in der für das Steuerjahr 1994 geltenden Fassung gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, indem er es nicht ermöglicht, der Zahlung der getrennten Steuer zu entgehen, wenn es sich um Ausgaben handelt, die zur Erstattung eigener Kosten des Arbeitsgebers bewilligt werden, während diese Steuer für die anderen in Artikel 57 des EStGB 1992 erwähnten Ausgaben nicht zu entrichten ist, wenn der Steuerpflichtige nachweist, dass diese Ausgaben in einer vom Begünstigten gemäss Artikel 305 des EStGB 1992 eingereichten Erklärung enthalten sind?


« Schendt artikel 219 van het WIB 1992, zoals het voor het aanslagjaar 1994 van toepassing was, de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in zoverre het in geen enkele mogelijkheid voorziet om te ontsnappen aan de betaling van de afzonderlijke aanslag wanneer het gaat om kosten die zijn toegekend als terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever, terwijl de aanslag voor de andere in artikel 57 van het WIB 1992 bedoelde kosten niet verschuldigd is indien de belastingplichtige aantoont dat die kosten zijn begrepen in een door de genieter overeenkomstig artikel 305 van het WIB 1992 ingediende aangifte ?

« Verstösst Artikel 219 des EStGB 1992 in der für das Steuerjahr 1994 geltenden Fassung gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, indem er es nicht ermöglicht, der Zahlung der getrennten Steuer zu entgehen, wenn es sich um Ausgaben handelt, die zur Erstattung eigener Kosten des Arbeitsgebers bewilligt werden, während diese Steuer für die anderen in Artikel 57 des EStGB 1992 erwähnten Ausgaben nicht zu entrichten ist, wenn der Steuerpflichtige nachweist, dass diese Ausgaben in einer vom Begünstigten gemäss Artikel 305 des EStGB 1992 eingereichten Erklärung enthalten sind?


« Schendt, in de versie die gold voor het aanslagjaar 1995, artikel 219 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de uitlegging dat een bijzondere afzonderlijke aanslag van 300 % op de kosten vermeld in artikel 57, die niet worden verantwoord door individuele fiches en een samenvattende opgave, in ieder geval ongemilderd moet worden gevestigd, zonder dat de rechter vermag na te gaan of door de belastingplichtige onweerlegbaar wordt aangetoond dat zowel de belastingplichtige als de genieter van de inkomsten ...[+++]

« Verstösst Artikel 219 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, in der für das Veranlagungsjahr 1995 geltenden Fassung, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, dahingehend ausgelegt, dass eine besondere getrennte Veranlagung von 300% der in Artikel 57 erwähnten Ausgaben, die nicht durch Vorlage von Personalbogen und einer zusammenfassenden Aufstellung belegt sind, auf jeden Fall ohne Herabsetzung festzusetzen ist, ohne dass der Richter überprüfen kann, ob vom Steuerpflichtigen auf unwiderlegbare Weise dargelegt wurde, dass sowohl der Steuerpflichtige wie auch der Empfänger der Einnahmen diese Honorare auf regelmässige Weise in ihre jew ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'schendt artikel 219 wib92' ->

Date index: 2024-02-08
w