26. erkent dat de kosten voor intellectuele-eigendomsrechten voor schone technologieën een belemmering kunnen vormen voor de overdracht van dergelijke technologieën naar ontwikkelingslanden; benadrukt dat een overeenkomst voor de periode na 2012 een kader moet bieden voor partnerschappen op het vlak van intellectuele-eigendomsrechten tussen geïndustrialiseerde en ontwikkelingslanden, met alternatieve compensatiemogelijkheden voor houders van intellectuele-eigendomsrechten, om eerbiediging van eigendomsrechten te waarborgen én tegelijkertijd de overdracht van technologieën te bevorderen;
26. stellt fest, dass die Lizenzgebühren für Rechte an geistigem Eigentum (IPR) auf dem Gebiet der sauberen Technologien ein Hindernis für den Transfer solcher Technologien an die Entwicklungsländer darstellen könnten; betont, dass eine Vereinbarung für die Zeit nach 2012 eine Grundlage für IPR-Partnerschaften zwischen Industrie- und Entwicklungsländern umfassen muss, wobei alternative Ausgleichsmechanismen für die Inhaber von Rechten an geistigem Eigentum vorgesehen werden, um die Beachtung von Eigentumsrechten sicherzustellen und gleichzeitig den Technologietransfer zu ermöglichen;