Uit de verwerping van het amendement in kwestie moet worden afgeleid, enerzijds, dat de gemeenschappen niet bevoegd zijn om amnestie te verlenen, maar, anderzijds, dat zij wel degelijk bevoegd zijn om bijstand te verlenen aan de slachtoffers van de repressie en epuratie (Hand., Senaat, 18 juli 1980, p. 2206; Hand., Senaat, 22 juli 1980, pp. 2340-2342; Hand., Kamer, 3 augustus 1980, pp.
Aus der Ablehnung des betreffenden Abänderungsvorschlags sei einerseits abzuleiten, dass die Gemeinschaften nicht befugt seien, eine Amnestie zu gewähren, dass sie jedoch andererseits durchaus befugt seien, den Opfern der Repression und der Säuberung eine Hilfe zu gewähren (Ann., Senat, 18. Juli 1980, S. 2206; Ann., Senat, 22. Juli 1980, SS. 2340-2342; Ann., Kammer, 3. August 1980, SS. 3100 und 3101-3103).