Uit het gebruik van het woord « kan », zowel in de aanhef van het eerste lid als in het tweede lid van paragraaf 1 van de in het ged
ing zijnde bepaling blijkt dat de minister of diens gemachtigde een, zij het beperkte, appreciatiebevoegdheid heeft, namelijk hetzij de administratieve g
eldboete niet op te leggen - bijvoorbeeld omdat de ver
voerder geen enkele schuld treft -, hetzij het door de wetgever bepaalde forfaitaire en onverand
...[+++]erlijke bedrag van de administratieve geldboete op te leggen.
Aus der Verwendung des Begriffs « kann », sowohl in der Präambel zu Absatz 1 als auch in Absatz 2 von Paragraph 1 der fraglichen Bestimmung geht hervor, dass der Minister oder sein Stellvertreter eine - wenn auch begrenzte - Ermessensbefugnis besitzt, nämlich entweder die administrative Geldstrafe nicht aufzuerlegen - weil beispielsweise den Transportunternehmen keine Schuld trifft - oder den vom Gesetzgeber festgelegten unveränderlichen Pauschalbetrag der administrativen Geldstrafe aufzuerlegen.