Sinds het midden van de jaren 90 heeft een gebrek aan investeringen in delen van de EU, met name de EU-10, een vicieuze neerwaartse spiraal op gang gebracht. De infrastructuur en het rollend materieel raakten in verval, waardoor het spoor onaantrekkelijk werd, temeer daar steeds meer mensen dankzij de groeiende welvaart een eigen auto konden kopen.
Seit Mitte der 1990er Jahre führte der Mangel an Investitionen in Teilen der EU (insbesondere in den EU-10) zu einem sich selbst verstärkenden Rückgang des Sektors, da der Verfall von Infrastruktur und Fahrzeugen die Eisenbahn unattraktiv machten, insbesondere angesichts der aufgrund des wachsenden Wohlstands starken Zunahme des Pkw-Bestands.