Om te beginnen stelt de advocaat-generaal onder verwijzing naar de meest recente rechtspraak (C-162/00, Pokrzeptowicz-Meyer; arrest van 29 januari 2002) vast, dat het thans in het geding zijnde artikel 38, lid 1, van de associatieovereenkomst, dat discriminatie van Slowaakse werknemers verbiedt, wegens zijn duidelijke en onvoorwaardelijke bewoordingen rechtstreeks toepasselijk is, met andere woorden dat Slowaakse onderdanen zich daarop kunnen beroepen.
Zuerst stellt die Generalanwältin mit Verweis auf die jüngste Rechtsprechung (C-162/00; Pokrzeptowicz-Meyer; Urteil vom 29.01.2002) fest, dass aufgrund der Klarheit und Unbedingtheit des Verbotes der Benachteiligung der slowakischen Arbeitnehmer, die streitgegenständliche Regelung, nämlich Art. 38 Abs. 1 des Abkommens, unmittelbar anwendbar ist, d. h., dass sich slowakische Staatsangehörige auf sie berufen können.