Met het tweede onderdeel stelt de verwijzende rechter aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid van artikel 95 van de wet van 30 december 1992 met de artikelen 170 en 172 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en, in voorkomend geval, met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens alsook met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag, in zoverre de regels met betrekking tot de invordering van de bijzondere bijdrage (de verjaring, het dwangbevel als buitengerechtelijke uitv
oerbare titel en de zekerheden) zijn opgesteld naar het model van die welke van to
epassing z ...[+++]ijn op de sociale bijdragen voor zelfstandigen.
Im zweiten Teil befragt der vorlegende Richter den Gerichtshof zur Vereinbarkeit von Artikel 95 des Gesetzes vom 30. Dezember 1992 mit den Artikeln 170 und 172 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit deren Artikeln 10 und 11 und gegebenenfalls mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention sowie mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zu dieser Konvention, insofern die Regeln bezüglich der Beitreibung des Sonderbeitrags (Verjährung, Zwangsbeitreibung als außergerichtlicher Vollstreckungstitel und Sicherheiten) den für die Sozialbeiträge der Selbstständigen anwendbaren Regeln nachempfunden seien.