Het zou dan ook vreemd zijn dat de sociale zekerheid zou moeten voorzien in solidariteit met de achterblijvende partner van een wettelijk samenwonend koppel indien deze personen niet eens onderling, voor elkaar, willen voorzien in sociale ondersteuning » (Parl. St., Senaat, 2006-2007, nr. 3-916/5, pp. 7 en 8; in dezelfde zin, p. 4, en Parl. St., Kamer, 2006-2007, DOC 51-2984/003, p. 5).
Es wäre daher befremdend, wenn die soziale Sicherheit die Solidarität mit dem hinterbliebenen Partner eines gesetzlich zusammenwohnenden Paars organisieren müsste, falls diese Personen nicht einmal untereinander eine soziale Unterstützung vorsehen wollten » (Parl. Dok., Senat, 2006-2007, Nr. 3-916/5, SS. 7 und 8; im gleichen Sinne, S. 4, und Parl. Dok., Kammer, 2006-2007, DOC 51-2984/003, S. 5).