De " UG 3 " herbergt of kan minstens één van de habitats herbergen voor de voortplanting, de overwintering, de rust en/of het voeden van een regelmatige populatie van volgende kwetsbare soorten van communautair belang : Kleine hoefijzerneuzen (1303), Grote hoefijzerneuzen (1304), Mopsvleermuizen (1308), Ingekorven vleermuizen (1321), Watersnippen (A153), Grauwe klauwieren (A338), Klapeksters (A340), Roodkopklauwieren (A341), Kamsalamanders (1166);
Die BE 3 beherbergt mindestens eines der Habitate zur Fortpflanzung, Uberwinterung, Ruhe und/oder Nahrungssuche für eine regelmässig vorkommende Population sensibler Arten von gemeinschaftlichem Interesse oder könnte es beherbergen: kleine Hufeisennase (1303), grosse Hufeneisennase (1304), Mopsfledermaus (1308), Wimperfledermaus (1321), Bekassine (A153), Neuntöter (A338), Raubwürger (A340), Rotkopfwürger (A341), Kammmolch (1166).