Ik sta altijd weer versteld van u. U bent altijd een hoffelijk, tolerant, vriendelijk mens als ik u privé ontmoet. Als ik u uitnodig voor de lunch, staat u open voor de ideeën van anderen.
Sie sind ein höflicher, toleranter und freundlicher Mensch, wenn man Sie privat trifft. Wenn man Sie zum Mittagessen einlädt, zeigen Sie Verständnis für die Argumente der Gegenseite.