2. verzoekt de Commissie, in overeenstemming met artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, op grond waarvan persoonsgegevens on
der toezicht moeten staan van een „onafhankelijke autoriteit”, zo spoedig mogelijk drie kandidaten voor te dragen bij het Europees Parlement en de Raad voor de rol van door de EU aangewezen onafhankelijk persoon zoals bedoeld in artikel 12, lid 1, van de overeenkomst; wijst erop d
at mutatis mutandis dezelfde procedure moet worden gevolgd door het Europees Parlem
...[+++]ent en de Raad als bij de benoeming van de Europese toezichthouder voor gegevensbescherming, zoals vastgelegd in Verordening (EG) nr. 45/2001 tot uitvoering van artikel 286 van het EG-Verdrag; 2. legt der Kommission nahe, im Einklang mit Artikel 8 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, nach dem es erforderlich ist, dass personenbezogen
e Daten der Überwachung „einer unabhängigen Stelle“ unterliegen, dem Europäischen Parlament und dem Rat sobald wie möglich eine Auswahl von drei Bewerbern für die Position der unabhängigen Person der Europäischen Union vorzulegen, die in Artikel 12 Absatz 1 des Abkommens erwähnt wird; betont, dass das Verfahren analog demjenigen sein muss, das vom Europäischen Parlament und dem Rat für die Ernennung des Europäischen Datenschutzbeauftragten durchgeführt wurde und in der Verordnung (EG
...[+++]) Nr. 45/2001 zur Umsetzung von Artikel 286 des EG-Vertrags vorgesehen ist;