». b. Bij drie vonnissen van 12 febru
ari 2015 in zake de stad Charleroi tegen respectievelijk Guy Doumont, Alain Dognaux en Gérald Severy, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 30 mei 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Charleroi, de volgende prejudiciële vragen gesteld : 1. « Schendt artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat het niet van toepassing is op de vordering tot terugbetaling van wedden die een gemeente ten onrechte heeft betaald, vordering waarvan de verjaring bijgevolg zou zijn vastgelegd bij de in artikel 2262bis van het Burgerlijk Wetboek be
...[+++]oogde gemeenrechtelijke regeling, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, terwijl datzelfde artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek zo zou worden geïnterpreteerd dat het van toepassing is op de vordering tot betaling van dezelfde wedden, bij ontstentenis van betaling door de gemeente ?». b. In drei Urteilen vom 12. Februar
2015 in Sachen der Stadt Charleroi gegen Guy Doumont, Alain Dognaux beziehungsweise Gérald Severy, deren Ausfertigungen am 30. Mai 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat das Gericht erster Instanz Hennegau, Abteilung
Charleroi, folgende Vorabentscheidungsfragen gestellt: 1. « Verstößt Artikel 2277 des Zivilgesetzbuches, dahin ausgelegt, dass er nicht auf die Klage auf Rückforderung der von einer Gemeinde zu Unrecht ausgezahlten Gehälter Anwendung findet, wobei die Verjährungsfrist dieser Klage somit der gemeinrechtlichen Regelung nach
...[+++]Artikel 2262bis des Zivilgesetzbuches unterliegen würde, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, während derselbe Artikel 2277 des Zivilgesetzbuches dahin ausgelegt werden würde, dass er bei Nichtzahlung durch die Gemeinde wohl auf die Klage auf Rückforderung derselben Gehälter Anwendung findet?