De Raad van State vraagt verder aan het Hof of de artikelen 2 en 4 van de wet van 22 december 1999 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden, aangezien de grondige hervorming van de asielprocedure die zou zijn aangevoerd als verantwoording voor het tijdelijke karakter van de wet van 22 december 1999 nog niet is voltooid.
Der Staatsrat fragt den Hof ferner, ob die Artikel 2 und 4 des Gesetzes vom 22. Dezember 1999 nicht gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstiessen, da die gründliche Revision des Asylverfahrens, die als Rechtfertigung für die zeitweilige Beschaffenheit des Gesetzes vom 22. Dezember 1999 angeführt werde, noch nicht verwirklicht sei.