Vertaling van "state waarbij uitdrukkelijk " (Nederlands → Duits) :

De bestreden bepaling geeft concreet vorm aan een van de punten van het Institutioneel Akkoord « voor de zesde Staatshervorming » van 11 oktober 2011 (Parl. St., Senaat, 2011-2012, nr. 5-1563/4, p. 7); punt 2.4 van dat akkoord detailleerde overigens de procedure die wordt gevolgd voor de algemene vergadering van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarbij uitdrukkelijk erin is voorzien dat, wanneer de algemene vergadering de weigering tot benoeming tenietdoet, de burgemeester definitief wordt benoemd, zodat het arrest dus geldt als een benoeming.
Durch die angefochtene Bestimmung wird einer der Punkte des Institutionellen Abkommens « für die sechste Staatsreform » vom 11. Oktober 2011 konkret gestaltet (Parl. Dok., Senat, 2011-2012, Nr. 5-1563/4, S. 7); in Punkt 2.4 dieses Abkommens wurde im Übrigen das Verfahren beschrieben, das bei der Generalversammlung der Verwaltungsstreitsachenabteilung des Staatsrates eingehalten wird, wobei ausdrücklich vorgesehen ist, dass in dem Fall, dass die Generalversammlung die Verweigerung der Ernennung dementiert, der Bürgermeister endgültig ernannt wird, so dass der Entscheid somit als eine Ernennung gilt.

Aangezien die bekrachtiging, die uitdrukkelijk is voorgeschreven, binnen de wettelijke termijn is gebeurd, kan zij niet worden geacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet te schenden, zelfs al heeft zij een terugwerkend effect en zelfs al heeft zij de Raad van State, waarbij een beroep tegen het koninklijk besluit van 24 maart 1997 aanhangig is gemaakt, onbevoegd gemaakt.
Da diese ausdrücklich vorgeschriebene Bestätigung innerhalb der gesetzlichen Frist erfolgt ist, kann von ihr nicht angenommen werden, dass sie gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstösst, selbst wenn sie von rückwirkender Kraft ist und selbst wenn sie dem Staatsrat, bei dem eine Klage gegen den königlichen Erlass vom 24. März 1997 anhängig gemacht worden ist, die Befugnis entzogen hat.

Aangezien die bekrachtiging, die uitdrukkelijk is voorgeschreven, binnen de wettelijke termijn is gebeurd, kan zij niet worden geacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet te schenden, zelfs al heeft zij een terugwerkend effect en zelfs al heeft zij de Raad van State, waarbij een beroep tegen het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 aanhangig is gemaakt, onbevoegd gemaakt.
Da diese ausdrücklich vorgesehene Bestätigung innerhalb der gesetzlichen Frist erfolgt ist, kann sie nicht als Verletzung der Artikel 10 und 11 der Verfassung angesehen werden, selbst wenn sie eine rückwirkende Kraft hat und selbst wenn sie dem Staatsrat die Befugnis entzogen hat, über eine Klage gegen den königlichen Erlass vom 8. August 1997, mit der sie befasst wurde, zu befinden.

Aangezien de bekrachtiging, die uitdrukkelijk is voorgeschreven, binnen de wettelijke termijn is gebeurd, kan zij niet worden geacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet te schenden, zelfs al heeft zij een terugwerkend effect en zelfs al heeft zij de Raad van State, waarbij een beroep tegen het koninklijk besluit van 18 november 1996 aanhangig is gemaakt, onbevoegd gemaakt.
Da die Bestätigung, die ausdrücklich vorgesehen ist, innerhalb der gesetzlichen Frist erfolgt ist, kann nicht davon ausgegangen werden, dass sie gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstösst, auch wenn sie eine rückwirkende Kraft hat und selbst wenn sie den Staatsrat, bei dem eine Klage gegen den königlichen Erlass vom 18. November 1996 anhängig gemacht wurde, unzuständig gemacht hat.

Aangezien die bekrachtiging, die uitdrukkelijk is voorgeschreven bij die bepaling, binnen de wettelijke termijn is gebeurd, kan zij niet worden geacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet te schenden, zelfs al heeft zij een terugwerkend effect en zelfs al heeft zij de Raad van State, waarbij een beroep tegen het koninklijk besluit van 4 februari 1997 aanhangig is gemaakt, onbevoegd gemaakt.
Da diese Bestätigung, die in dieser Bestimmung ausdrücklich vorgesehen ist, innerhalb der gesetzlichen Frist erfolgt ist, ist nicht davon auszugehen, dass sie gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstösst, auch wenn sie Rückwirkung hat und auch wenn sie den Staatsrat, bei dem eine Klage gegen den königlichen Erlass vom 4. Februar 1997 anhängig gemacht worden ist, unzuständig gemacht hat.