In Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen is daarom bepaald dat tweederde van het biologisch afbreekbaar huishoudelijk afval niet mag worden gestort en dat de lidstaten een nationale strategie voor het beheer van niet naar stortplaatsen overgebrachte biologisch afbreekbare afvalstoffen moeten opzetten.
Um dieser Umweltgefahr zu begegnen, ist in der Richtlinie 1999/31/EG über Abfalldeponien vorgesehen, zwei Drittel der biologisch abbaubaren Siedlungsabfälle nicht auf Deponien zu lagern. Die Mitgliedstaaten müssen nationale Strategien für die Bewirtschaftung der nicht deponierten Abfälle erstellen und regelmäßig überprüfen.