Met betrekking tot het in het middel bedoelde artikel 55 van de wet v
an 10 augustus 2001 stellen de verzoekers dat « in de logica van een ruime opening van de verpleegkunde naar een reeks van nieuwe categorieën, de nieuwe strafrechtelijke en tuchtrechtelijke bepalingen niet meer voorzien in sancties voor een reeks van beroepscategorieën die de verpleegkunde zouden uitoefenen
zonder verpleger te zijn »; zij beweren dat « de verpleegkundigen zich in een situatie bevinden die objectief verschillend is van die van an
...[+++]dere categorieën van personen voor wie voortaan de verpleegkunde wordt opengesteld; dat, zoals hiervoor reeds in herinnering is gebracht, de verpleegkundigen immers een opleiding hebben genoten die onlosmakelijk verbonden is met de definitie van de verpleegkunde ».Was Artikel 55 des Gesetzes vom 10. August 2001 betrifft, auf den sich dieser Klagegrund bezieht, führen die Kläger
an, « in der Logik einer breiten Offnung der Krankenpflege für eine Rei
he neuer Kategorien sehen die neuen Straf- und Disziplinarbestimmungen keine Sanktionen mehr für eine Reihe von Berufskategorien vor, die die Krankenpflege ausüben würden, ohne Krankenpfleger zu sein »; sie bemerken, « die Krankenpfleger befinden sich in einer objektiv anderen Lage als die and
eren Kategorien von ...[+++]Personen, denen fortan die Krankenpflege ermöglicht wird; wie bereits vorstehend in Erinnerung gerufen wurde, haben die Krankenpfleger nämlich eine Ausbildung erhalten, die nicht von der Definition der Krankenpflege zu trennen ist ».