De natuurlijke persoon die werkt voor een van de publiekrechtelijke rechtspersonen die zijn opgesomd in artikel 5, vierde lid, van het Strafwetboek, die wordt vervolgd wegens misdrijven die niet wetens en willens zijn gepleegd, en die niet de bij artikel 5, tweede lid, van het Strafwetboek ingevoerde strafuitsluitingsgrond kan genieten, bevindt zich in een situatie waarin hij zich niet kan vergelijken met de persoon wiens situatie is beschreven in B.6.1.
Eine natürliche Person, die für eine der in Artikel 5 Absatz 4 des Strafgesetzbuches aufgeführten öffentlich-rechtlichen natürlichen Personen arbeitet, die wegen nicht wissentlich und willentlich begangener Straftaten verfolgt wird und die nicht den Vorteil des in Artikel 5 Absatz 2 des Strafgesetzbuches eingeführten Strafausschliessungsgrunds geniessen kann, befindet sich in einer Situation, in der sie nicht mit einer Person verglichen werden kann, deren Situation in B.6.1 beschrieben worden ist.