36. is er stellig van overtuigd dat de EU veel strategische voordelen kan hebben van het uitbreidingsbeleid; onderstreept dat het EU-lidmaatschap stabiliteit verschaft in een snel veranderende wereld en dat dit lidmaatschap perspectief blijft bieden op sociale ontwikkeling en welvaart; is van mening dat uitbreiding een strategisch langetermijnbelang van de EU is dat niet noodzakelijkerwijs langs de lat van kortetermijnvoordelen gelegd kan worden; acht het van belang dat terdege rekenschap wordt gegeven van de substantiële en blijvende waarde van dit beleid als een „zachte” doch essentiële machtsfactor voor de EU;
36. ist der festen Überzeugung, dass die EU im Zuge der
Erweiterungspolitik strategische Vorteile erreichen kann; betont, dass eine EU-Mitgliedschaft Stabilität in der sich rapide wandelnden internationalen Umgebung bietet, und dass eine Zugehörigkeit zur Europäischen Union auch weiter die Perspektive von sozialer Entwicklung und Wohlstand bietet; ist der Auffassung, dass Erweiterung ein langfristiges strategisches Interesse der EU darstellt, das nicht zwingend im Rahmen kurzfristiger Bilanzen bewertet werden kann; erachtet es für wichtig, unter entsprechender Berücksichtigung der substanziellen und nachhaltigen Bedeutung des Konzepts
...[+++] als „sanfte“ und dennoch wesentliche Macht der EU;