Vertaling van "streefde de wetgever ernaar een grotere gelijkheid tussen " (Nederlands → Duits) :

Aldus streefde de wetgever ernaar een grotere gelijkheid tussen kinderen te waarborgen door « in een gewaarborgde kinderbijslag te voorzien voor elk kind ten laste en dit omwille van het bestaan ervan » (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 80, p. 1).
Daher war der Gesetzgeber bestrebt, eine größere Gleichheit zwischen Kindern zu gewährleisten, indem « er garantierte Familienbeihilfen für jedes Kind zu Lasten aufgrund seiner bloßen Existenz » vorsah (Parl. Dok., Senat, 1969-1970, Nr. 80, S. 1).

Door de toekenning van de bijzondere forfaitaire bijslag ook afhankelijk te maken van het sociaalrechtelijke statuut voorafgaand aan de plaatsing in een instelling, zonder rekening te houden met de sociaalrechtelijke situatie gedurende de plaatsing, heeft de wetgever evenwel, gelet op het in B.3 vermelde streven naar een grotere gelijkheid tussen kinderen bij de instelling van het residuaire stelsel en op de in B.4 en B.5 vermelde doelstelling om de banden tussen geplaatste kinderen en hun gezin van oorsprong te bevorderen, een vereiste ingesteld waarvoor geen redelijke verantwoording bestaat.
Indem er die Gewährung der Sonderpauschale auch vom sozialrechtlichen Statut vor der Unterbringung in einer Einrichtung abhängig gemacht hat, ohne die sozialrechtliche Situation während der Unterbringung zu berücksichtigen, hat der Gesetzgeber jedoch, angesichts des in B.3 angeführten Bemühens um eine größere Gleichheit zwischen Kindern bei der Einführung des residualen Systems sowie des in B.4 und B.5 angeführten Ziels, die Verbindung zwischen untergebrachten Kindern und ihrer Herkunftsfamilie zu fördern, ein Erfordernis eingeführt, für das keine vernünftige Rechtfertigung besteht.

Rekening houdend met de keuze van de wetgever om niet langer in een gedifferentieerde regeling te voorzien voor de verjaring van schuldvorderingen van de Staat, zoals aangegeven in B.4.3, en op die manier een grotere gelijkheid tussen schuldeisers na te streven, ondanks de eigenheid van de Staat als schuldenaar van een schuldvordering, kan het uitstel van de inwerkingtreding van de wet van 22 mei 2003 tot 1 januari 2009 worden verantwoord door de noodzaak om een nieuw informaticasysteem voor het beheer van de boekhouding in te voeren.
Unter Berücksichtigung der Entscheidung des Gesetzgebers, keine unterschiedliche Regelung bezüglich der Verjährung von Schuldforderungen des Staates vorzusehen, wie in B.4.3 angeführt wurde, und somit eine größere Gleichheit zwischen Gläubigern anzustreben, trotz der besonderen Beschaffenheit des Staates als Schuldner von Forderungen, kann die Verschiebung des Inkrafttretens des Gesetzes vom 22. Mai 2003 auf den 1. Januar 2009 durch die Notwendigkeit, ein neues Informatiksystem zur Verwaltung der Buchhaltung einzuführen, gerechtfertigt werden.

40. beklemtoont dat een actieve rol en betrokkenheid van mannen bij maatregelen ter bevordering van een goede combinatie van werk en gezin, zoals deeltijds werken, cruciaal is om een evenwicht te vinden tussen het werk en privéleven, aangezien zowel vrouwen als mannen baat kunnen hebben bij gezinsvriendelijk werkgelegenheidsbeleid en bij het eerlijk verdelen van onbetaalde taken en verantwoordelijkheden in het huishouden; verzoekt de Commissie en de lidstaten serieus te werken aan het bestrijden van genderstereotypen en mannen ertoe aan te zetten in gelijke mate te participeren in zorg- en huishoudelijke taken, in het bijzonder door middel van stimulansen voor mannen om ouderschaps- en vaderschapsverlof te nemen, hetgeen hun rechten als ouder zal versterken, voor een grotere mate van gelijkheid tussen vrouwen en mannen zal zorgen en tot een passender verdeling van de gezins- en huishoudelijke taken zal leiden, en vrouwen beter in staat zal stellen volledig aan de arbeidsmarkt deel te nemen; is van oordeel dat de lidstaten correct uitvoering moeten geven aan Richtlijn 2010/18/EU inzake ouderschapsverlof, zowel middels wetgevings-, als educatieve maatregelen in verband met gendergelijkheid;
40. betont, dass die aktive Teilnahme von Männern an Maßnahmen zur Vereinbarung des Familien- und Berufslebens, wie beispielsweise Teilzeitarbeit, eine wesentliche Rolle bei der Vereinbarkeit von Familie und Berufstätigkeit spielt, da sowohl Frauen als auch Männer von familienfreundlicher Beschäftigungspolitik und einer gerechten Teilung unbezahlter Arbeit und der Pflichten im Haushalt profitieren könnten; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, geschlechterspezifische Stereotypen im Rahmen konkreter politischer Maßnahmen mit Nachdruck zu bekämpfen und Männer dazu zu ermutigen, sich die Betreuungs- und Haushaltspflichten gleichermaßen mit den Frauen zu teilen, insbesondere durch Anreize für Männer, Elternzeit und Vaterschaftsurlaub zu nehmen, was zur Stärkung ihrer Rechte als Elternteil und zur Gleichberechtigung zwischen Frauen und Männern sowie einer angemesseneren Aufteilung der Verantwortung für die Familie und für Hausarbeit führen wird, und darüber hinaus dazu, dass sich die Chancen von Frauen auf eine umfassende Teilhabe am Arbeitsmarkt vergrößern; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Richtlinie 2010/18/EU des Rates über den Elternurlaub korrekt anzuwenden und in diesem Rahmen gesetzliche Maßnahmen und Bildungsmaßnahmen in Bezug auf die Gleichstellung der Geschlechter zu ergreifen;

A. overwegende dat de eerbied voor de menselijke waardigheid, waaruit de gelijkheid van mannen en vrouwen voortvloeit, een fundamenteel beginsel van de communautaire wetgeving is en dat artikel 3, lid 2 van het EG-Verdrag het beginsel van gendermainstreaming vastlegt en stelt dat bij elk in dit artikel bedoeld optreden de Gemeenschap ernaar streeft de ongelijkheden tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen; overwegende dat het wenselijk is om een systematisch gelijkheidsbeleid te voeren dat de bestaande programma’s, maar ook de initiatieven die nog worden opgezet, een meerwaarde kan verschaffen,
A. in der Erwägung, dass die Achtung der Würde des Menschen, aus der sich die Gleichstellung von Frauen und Männern herleitet, ein Grundprinzip des Gemeinschaftsrechts ist, und dass in Artikel 3 Absatz 2 des EG-Vertrags der Grundsatz der Integration niedergelegt ist, wonach die Gemeinschaft darauf hinwirkt, in all ihren Tätigkeiten Ungleichheiten zu beseitigen und die Gleichstellung von Männern und Frauen zu fördern; in der Erwägung, dass eine konsistente Gleichstellungspolitik umgesetzt werden muss, die einen zusätzlichen Nutzen bei den bestehenden Programmen und bereits in der Entwicklung befindlichen Initiativen bewirkt,

De volgende opmerkingen werden met name gemaakt voor wat betreft de tenuitvoerlegging ervan : - de hoofdrol die de niet-gouvernementele organisaties hebben gespeeld ; - de noodzaak om overal in de Europese Unie de bestaande communautaire wetgeving daadwerkelijk toe te passen ; - de noodzaak te komen tot een grotere gelijkheid tussen vrouw en man op alle gebieden die met werkgelegenheid te maken hebben ; - sterkere betrokkenheid van vrouwen bij de besluitvorming, zowel op politiek niveau als in ondernemingen.
Zur Frage der Umsetzung dieser Ergebnisse wurden insbesondere folgende Bemerkungen vorgetragen: - Die Nichtregierungsorganisationen spielen in diesem Zusammenhang eine wichtige Rolle; - in der Europäischen Union müssen die bestehenden gemeinschaftlichen Rechtsvorschriften überall tatsächlich zur Anwendung gelangen; - in allen die Beschäftigung berührenden Bereichen muß mehr Gleichberechtigung zwischen Frauen und Männern erzielt werden; - die Frauen sind stärker in die Entscheidungsprozesse - auf politischer Ebene wie auch in den Unternehmen - einzubeziehen.