43. Men kan zich dan ook afvragen of er in het kader van de discussie over de bij de vaststelling van de in de komende programmeringsperiode aan te houden richtsnoeren geen aanleiding is om met ambitieuzere doelstellingen te komen voor een evenwichtige verdeling van de financiële lusten en lasten, teneinde effectiever te kunnen toewerken naar een betere herverdeling tussen de lidstaten tegen geringere programmerings-, beheers-, controle- en evaluatiekosten, onder eerbiediging van het subsidiariteitsbeginsel en naar het voorbeeld van het systeem dat sommige lidstaten.
43. Dabei stellt sich die Frage, ob im Rahmen der Überlegungen über die künftigen Leitlinien zur Regelung des nächsten Programmplanungszeitraums nicht ehrgeizigere finanzielle Ausgleichsmaßnahmen vorgeschlagen werden sollten, um mit größerer Effizienz eine bessere Umverteilung zwischen den Mitgliedstaaten zu geringeren Planungs-, Verwaltungs-, Kontroll- und Beurteilungskosten unter Beachtung des Grundsatzes der Subsidiarität sicherzustellen, und zwar in einer Weise, wie manche Mitgliedstaaten dies bereits in Bezug auf ihre eigenen regionalen oder lokalen Körperschaften praktizieren.
