Met een beperkt aantal Nederlandstalige kinderen kan er evenwel een taalachterstand dreigen voor zowel de (van huis uit anderstalige) kinderen alsook de kinderen waarvan de thuistaal (minstens ook) het Nederlands is.
Wenn jedoch die Zahl der niederländischsprachigen Kinder zu gering ist, droht eine Gefahr des Sprachrückstands sowohl für die (von Haus aus anderssprachigen) Kinder als auch für die Kinder, die zu Hause (zumindest auch) niederländisch sprechen.