3. a) In afwijking van lid 1, onder c), mag zaad en vegetatief teeltmateriaal dat niet overeenkomstig de biologische produktiemethode is verkregen gedurende een op 31 december 2000 aflopende overgangsperiode met de goedkeuring van de bevoegde autoriteit van de Lid-Staat worden gebruikt voor zover de gebruikers van dergelijk teeltmateriaal ten genoegen van de controle-instantie of -autoriteit van de Lid-Staat kunnen aantonen dat zij op de communautaire markt geen teeltmateriaal hebben kunnen aanschaffen voor een geschikt ras van de betrokken soort dat voldoet aan de eisen van lid 2.
(3) a) Abweichend von Absatz 1 Buchstabe c) kann Saatgut und vegetatives Vermehrungsmaterial, das nicht gemäß den Verfahren des ökologischen Landbaus/der biologis
chen Landwirtschaft gewonnen wurde, während eines am 31. Dezember 2000 ablaufenden Übergangszeitraums und mit Genehmigung der zuständigen Behörde des Mitgliedstaats insoweit verwendet werden, als die Verwender eines solchen Vermehrungsmaterials der Kontrollbehörde oder Kontrollstelle des betreffenden Mitgliedstaats hinreichende Beweise dafür liefern können, daß sie auf dem Markt ein die Anforderungen des Absatzes 2 erfuellendes Vermehrungsmaterial für eine geeignete Sorte der b
...[+++]etreffenden Art nicht erhalten konnten.
