Bij de vaststelling van het MREL overeenkomstig artikel 45, lid 6, onder a) en b), van Richtlijn 2014/59/EU moet de afwikkelingsautoriteit in aanmerking nemen dat bij toepassing van het instrument van bail-in ervoor gezorgd moet worden dat de instelling in staat is een toereikend bedrag van verliezen te absorberen en geherkapitaliseerd te worden met een bedrag dat volstaat om haar tier 1-kernkapitaalratio te herstellen op een niveau dat voldoende is om aan de kapitaalvereisten voor vergunning vast te houden en tegelijkertijd voldoende marktvertrouwen te behouden.
Bei der Bestimmung der MREL im Einklang mit Artikel 45 Absatz 6 Buchstaben a und b der Richtlinie 2014/59/EU sollte die Abwicklungsbehörde im Falle der Anwendung des Bail-in-Instruments prüfen, ob sichergestellt werden muss, dass das Institut über eine angemessene Verlustabsorptionskapazität verfügt und ausreichend rekapitalisiert werden kann, um seine Quote für das harte Kernkapital wieder auf ein Niveau anzuheben, das ausreicht, um den Eigenmittelanforderungen für die Zulassung zu genügen und gleichzeitig ein ausreichendes Marktvertrauen zu erhalten.