Traduction de «tegoeden ten onrechte » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

ten onrechte betaald bedrag | ten onrechte uitgegeven bedrag
rechtsgrundlos gezahlter Betrag | zu Unrecht bezahlter Betrag | zu Unrecht gezahlter Betrag

ten onrechte betaalde prestatie
unrechtmäßig gezahlte Leistung

ten onrechte aangenomen
irrtümlich angenommen | zu Unrecht angenommen

terugvordering van ten onrechte betaalde gelden
Wiedereinziehung zu Unrecht gezahlter Mittel

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Tweede middel: het Gerecht heeft ten onrechte beslist dat de reden voor de bevriezing van de tegoeden van elk van rekwiranten nader was toegelicht en/of voldeed aan de in artikel 1, lid 1, van het besluit en artikel 2, lid 1, van de verordening neergelegde wettelijke criteria om iemand op de lijst te kunnen opnemen.
Das Gericht habe zu Unrecht festgestellt, dass der Grund für die Verhängung restriktiver Maßnahmen gegen jeden Rechtsmittelführer belegt worden sei und/oder den in Art. 1 Abs. 1 des Beschlusses und Art. 2 Abs. 1 der Verordnung festgelegten rechtlichen Kriterien für die Aufnahme in die Liste genüge.

20. spreekt eens te meer de wens uit dat de gevallen van ongerechtvaardigde bevriezing van tegoeden en van ten onrechte verhoogde en retroactief toegepaste belastingen op personen en particuliere ondernemingen opnieuw worden onderzocht; roept het ministerie van Justitie en het Constitutioneel Hof op onmiddellijk op te houden met de selectieve toepassing van "de wet op eenmalige belasting op extra winst en extra vermogen vergaard door exploitatie van bijzondere voordelen", evenals van alle bepalingen van de andere belastingwetten die het mogelijk maken onacceptabel hoge boetes op te leggen die tot faillissement leiden voordat het arrest waarmee een belastingzaak wordt afgesloten is gewezen; roept de Servische autoriteiten op de getroffen particulieren en bedrijven een billijke compensatie te verlenen;
20. fordert erneut eine Überprüfung der Fälle des unbegründeten Einfrierens von Vermögenswerten sowie der unangemessen erhöhten und rückwirkenden Besteuerung von Personen und Privatunternehmen; fordert das Justizministerium und das Verfassungsgericht auf, die selektive Anwendung des „Gesetzes über die einmalige Besteuerung von zusätzlichen Gewinnen und zusätzlichem Eigentum, das durch die Inanspruchnahme von Sondervorteilen erworben wurde” sowie aller Bestimmungen der übrigen Steuergesetze umgehend einzustellen, wodurch die Verhängung von unangemessen hohen Geldbußen möglich ist, die zu einem Konkurs führen, bevor die rechtskräftige Entscheidung in Steuerverfahren gefällt wurde; fordert die serbischen Behörden auf, die betroffenen Privatpersonen und Unternehmen angemessen zu entschädigen;

18. maakt zich ernstig zorgen over herhaalde beschuldigingen dat artikel 359 van het Wetboek van Strafrecht inzake misbruik van het ambt te pas en te onpas wordt gebruikt, hetgeen volgens de berichten gepaard ging met het op grote schaal ten onrechte bevriezen van bedrijfs- en particuliere tegoeden; onderstreept dat deze beschuldigingen het vertrouwen in de rechtsstaat in het land hebben ondermijnd; roept de autoriteiten op om snel het Wetboek van Strafrecht te herzien om te verzekeren dat het in overeenstemming is met de Europese normen en om onmiddellijk een einde te maken aan aanklachten die op grond van de bepaling inzake ambtsmisbruik worden ingesteld tegen particuliere bedrijven en bedrijven die in meerderheid in privé-handen zijn, en de aanhangige strafzaken te seponeren; onderstreept dat de personen die op grond van artikel 359 zijn aangeklaagd en bij wie het vermoeden bestaat dat de duur van hun detentie of het bevriezen van hun vermogen niet in verhouding staat tot hetgeen hun ten laste wordt gelegd, aanspraak moeten kunnen maken op onmiddellijke herziening van hun proces en op terugvordering van hun privévermogen en op een eerlijke schadevergoeding;
18. ist angesichts der wiederholten Vorwürfe des Missbrauchs von Artikel 359 des Strafgesetzbuchs (Amtsmissbrauch) ernsthaft besorgt, der dem Vernehmen nach mit dem ungerechtfertigten Einfrieren einer großen Zahl von Vermögenswerten von Unternehmen und Privatpersonen einherging; hebt hervor, dass diese Vorwürfe das Vertrauen in die Rechtsstaatlichkeit des Landes untergraben haben; fordert die staatlichen Stellen auf, mit der Überarbeitung des Strafgesetzbuchs zügig fortzufahren, damit es an europäische Standards angeglichen wird, und der Praxis der Anklage wegen Amtsmissbrauchs in Privatunternehmen und Unternehmen, die mehrheitlich im Privatbesitz sind, umgehend ein Ende zu bereiten und die laufenden Strafverfahren einzustellen; unterstreicht, dass in den Fällen, in denen Personen gemäß Artikel 359 angeklagt wurden und ein Verdacht besteht, dass der Haftzeitraum oder die eingefrorenen Vermögenswerte in keinem Verhältnis zu der angeblich von ihnen begangenen Straftat stehen, diese Personen Anspruch auf eine umgehende Überprüfung der gegen sie angestrengten Verfahren sowie auf Rückforderung ihres Privateigentums und eine angemessene Entschädigung haben sollten;

16. maakt zich ernstig zorgen over herhaalde beschuldigingen dat artikel 359 van het Wetboek van Strafrecht inzake misbruik van het ambt te pas en te onpas wordt gebruikt, hetgeen volgens de berichten gepaard ging met het op grote schaal ten onrechte bevriezen van bedrijfs- en particuliere tegoeden; onderstreept dat deze beschuldigingen het vertrouwen in de rechtsstaat in het land hebben ondermijnd; roept de autoriteiten op om snel het Wetboek van Strafrecht te herzien om te verzekeren dat het in overeenstemming is met de Europese normen en om onmiddellijk een einde te maken aan aanklachten die op grond van de bepaling inzake ambtsmisbruik worden ingesteld tegen particuliere bedrijven en bedrijven die in meerderheid in privé-handen zijn, en de aanhangige strafzaken te seponeren; onderstreept dat de personen die op grond van artikel 359 zijn aangeklaagd en bij wie het vermoeden bestaat dat de duur van hun detentie of het bevriezen van hun vermogen niet in verhouding staat tot hetgeen hun ten laste wordt gelegd, aanspraak moeten kunnen maken op onmiddellijke herziening van hun proces en op terugvordering van hun privévermogen en op een eerlijke schadevergoeding;
16. ist angesichts der wiederholten Vorwürfe des Missbrauchs von Artikel 359 des Strafgesetzbuchs (Amtsmissbrauch) ernsthaft besorgt, der dem Vernehmen nach mit dem ungerechtfertigten Einfrieren einer großen Zahl von Vermögenswerten von Unternehmen und Privatpersonen einherging; hebt hervor, dass diese Vorwürfe das Vertrauen in die Rechtsstaatlichkeit des Landes untergraben haben; fordert die staatlichen Stellen auf, mit der Überarbeitung des Strafgesetzbuchs zügig fortzufahren, damit es an europäische Standards angeglichen wird, und der Praxis der Anklage wegen Amtsmissbrauchs in Privatunternehmen und Unternehmen, die mehrheitlich im Privatbesitz sind, umgehend ein Ende zu bereiten und die laufenden Strafverfahren einzustellen; unterstreicht, dass in den Fällen, in denen Personen gemäß Artikel 359 angeklagt wurden und ein Verdacht besteht, dass der Haftzeitraum oder die eingefrorenen Vermögenswerte in keinem Verhältnis zu der angeblich von ihnen begangenen Straftat stehen, diese Personen Anspruch auf eine umgehende Überprüfung der gegen sie angestrengten Verfahren sowie auf Rückforderung ihres Privateigentums und eine angemessene Entschädigung haben sollten;

Aan natuurlijke en rechtspersonen, organisaties en instanties wier tegoeden ten onrechte zijn bevroren, wordt een bedrag vergoed dat overeenkomt met de aard en de omvang van de onterecht geleden schade.
Natürliche und juristische Personen sowie Organisationen und Einrichtungen, deren Finanzmittel ungerechtfertigterweise eingefroren wurden, erhalten als Entschädigung einen Geldbetrag, der der Art und dem Umfang des ungerechtfertigterweise erlittenen Schadens entspricht.

[61] Op grond van de mededeling van de Commissie van 13 december 2000 over de terugvordering van ten onrechte betaalde bedragen (SEC(2000) 2204) en van 3 december 2002 over de verbetering van de invordering van tegoeden van de Gemeenschap die voortvloeien uit het directe en het gedeelde beheer van de uitgaven van de Gemeenschap (COM(2002) 671 def) heeft de Commissie het Bureau aangewezen als de dienst die verantwoordelijk is voor het instellen van civiele vorderingen (of vergelijkbare maatregelen uit het toepasselijke nationale recht) wanneer de onderzoeken van het Bureau op het gebied van de directe uitgaven leiden tot gerechtelijke procedures.
[61] Auf der Grundlage der Mitteilungen der Kommission vom 13. Dezember 2000 betreffend der Einziehung zu Unrecht gezahlter Mittel (SEK(2000)2204) sowie vom 3. Dezember 2002 (Verbesserung der Einziehung von Gemeinschaftsforderungen aus der direkten und der geteilten Verwaltung der Gemeinschaftsausgaben (KOM(2002) 671 endg) hat die Kommission dem Amt die Zuständigkeit für die Einleitung zivilrechtlicher (oder nach innerstaatlichem Recht gleichwertiger) Maßnahmen zugewiesen, wenn die Untersuchungen des Amtes im Bereich der direkten Ausgaben in Gerichtsverfahren münden.