3. Een telersvereniging of een groepering van telersverenigingen wordt als representatief in de zin van lid 1 beschouwd, wanneer ten minste 50% van de telers of, in het geval van groeperingen van telersverenigingen, 50% van de bij de telersvereniging aangesloten telers, van de economische regio waarin zij werkzaam is, bij haar is aangesloten en zij ten minste 60% van de productie van die regio voor haar rekening neemt..
3. Eine Erzeugerorganisation oder eine Vereinigung von Erzeugerorganisationen gilt als repräsentativ im Sinne des Absatzes 1, wenn ihr mindestens 50 % der Erzeuger oder im Fall einer Vereinigung von Erzeugerorganisationen der der Erzeugerorganisation angeschlossenen Erzeuger des Wirtschaftsbezirks, in dem sie tätig ist, angehören und mindestens 60 % der Erzeugung dieses Bezirks auf sie entfallen.