Indien de geleidbaarheidsmeter niet van een temperatuurcompensatie is voorzien, corrigeer dan het geleidend vermogen met behulp van tabel I. Bij temperaturen lager dan 20 °C moet de aangegeven correctie worden opgeteld, bij temperaturen hoger dan 20 °C moet de aangegeven correctie worden afgetrokken.
Wenn das Gerät keine Temperaturkompensation hat, ist die gemessene Leitfähigkeit anhand von Tabelle I zu korrigieren. Liegt die Temperatur unter 20 °C, so ist der Korrekturwert hinzuzurechnen, liegt die Temperatur über 20 °C, so ist der Korrekturwert abzuziehen.