30. onderstreept dat het Parl
ement geen kwijting verleent aan de secretaris-generaal, maar aan de Voorzitter, aang
ezien gekozen leden tenslotte politiek verantwoordelijk zijn voor de voorbereidingen voor en de tenuitvoerlegging van de begroting en niet ambtenaren; verzoekt daarom de Voorzitter en de voor de begroting verantwoordelijke ondervoorzitter, deel te nemen aan toekomstige vergaderingen van de Commissie begrotingscontrole en met deze commissie een passend kader af te spreken voor een vruchtbare politieke dialoog tijdens de kw
...[+++]ijtingsprocedure;
30. betont, dass das Parlament nicht dem Generalsekretär die Entlastung erteilt, sondern dem Präsidenten; da nicht die Beamten, sondern die gewählten Mitglieder letztlich die politische Verantwortung für die Aufstellung und Ausführung des Haushaltsplans tragen; fordert daher den Präsidenten und den für den Haushalt zuständigen Vizepräsidenten auf, gegebenenfalls an künftigen Sitzungen des Haushaltskontrollausschusses teilzunehmen und sich mit dem Ausschuss über eine angemessene Form für einen fruchtbaren politischen Dialog während des Entlastungsverfahrens zu verständigen;