Hoewel in 1959 de wetgever het niet opportuun heeft geacht om de lijst van de sociale voordelen op te stellen, kan thans, gelet op de ernstige rechtsonzekerheid die voortvloeit uit de rechtspraak, wettig worden geoordeeld dat de opstelling van een dergelijke lijst getuigt van een behoorlijk bestuur en in overeenstemming is met het algemeen belang » (ibid. , p. 34).
Der Gesetzgeber hat es zwar 1959 nicht als angebracht erachtet, die Liste der Sozialvorteile aufzustellen, doch man kann heute angesichts der sich aus der Rechtsprechung ergebenden ernsthaften Rechtsunsicherheit rechtmässig den Standpunkt vertreten, dass die Erstellung einer solchen Liste von einer ordnungsmässigen Verwaltung zeugt und dem Gemeinwohl entspricht » (ebenda, S. 34).