De lidstaten moeten de keuze hebben het bij deze richtlijn toegestane maximale tarief voor infrastructuurkosten en externe kosten door middel van tolheffing aan te rekenen, maar zij moeten er ook voor kunnen kiezen voor één of voor beide van deze kosten een lager tarief of helemaal niets aan te rekenen.
Die Mitgliedstaaten sollten die Möglichkeit haben, den nach dieser Richtlinie zulässigen Höchstbetrag der Infrastrukturkosten und der externen Kosten in Form von Mautgebühren zu erheben; sie sollten aber auch beschließen können, dass für eine oder beide dieser Kostenarten niedrigere oder gar keine Gebühren erhoben werden.