„Bescheiden of de voor eensluidend gewaarmerkte afschriften daarvan, verklaringen, alle handelingen of besluiten van de administratieve autoriteiten, verslagen en alle overige inlichtingen die door de ambtenaren van de aan
gezochte autoriteit zijn verkregen en aan de verzoekende autoriteit zijn doorgegeven in het kader van de bij de artikelen 4 tot 11 voorziene bijst
andsregeling vormen toelaatbaar bewijsmateriaal bij administratieve of gerechtelijke procedures in de verzoekende lidstaat, op dezelfde wi
jze als wanneer zij ...[+++]zouden zijn verkregen in de lidstaat waarin de procedure plaatsvindt”.
Unterlagen, beglaubigte Abschriften, Bescheinigungen, Verwaltungsakte oder Entscheidungen der Verwaltungsbehörden, Berichte sowie alle sachdienlichen Informationen, die von Bediensteten der ersuchten Behörde eingeholt und der ersuchenden Behörde im Wege der Amtshilfe gemäß den Artikeln 4 bis 11 mitgeteilt werden, können im ersuchenden Mitgliedstaat in der gleichen Weise zulässige Beweismittel in Verwaltungs- oder Gerichtsverfahren darstellen wie Beweismittel, die in dem Mitgliedstaat, in dem das Verfahren stattfindet, eingeholt werden.