"De in uitsnijderijen verkregen delen van volgens de voorschriften gemerkte geslachte dieren, met uitzondering van talg, bladreuzel, staart, oren en voeten, moeten, voor zover zij niet zijn gemerkt, worden gemerkt met een inkt- of een brandstempel dat voldoet aan de voorschriften van nummer 40 en dat in plaats van het toelatingsnummer van het slachthuis, dat van de uitsnijderij vermeldt.
"Teilstücke, ausser Talg, Flomen, Schwanz, Ohren und Gliedmassenenden, die in Zerlegungsbetrieben von ordnungsgemäß gekennzeichneten Tierkörpern gewonnen worden sind, müssen, sofern sie keinen Stempelabdruck tragen, mit einem Farb- oder Brennstempel gekennzeichnet werden, der den Vorschriften der Nummer 40 entspricht und an Stelle der Veterinärkontrollnummer des Schlachthofes die Veterinärkontrollnummer des Zerlegungsbetriebes enthält.