(11) Het vaststellen en toewijzen van vangstmogelijkheden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid heeft een rechtstreekse invloed op de sociaaleconomische situatie van de visserijvloten van de lidstaten en daarom moet ook met name rekening worden gehouden met de verkoop van verse vis voor menselijke consumptie door de kleinschalige kustvisserijvloot die rechtstreeks verbonden is met kustvisserijzones die in hoge mate afhankelijk zijn van de visserij .
(11) Die Festlegung und Zuteilung von Fangmöglichkeiten im Rahmen der Gemeinsamen Fischereipolitik wirken sich unmittelbar auf die sozioökonomische Situation der Fangflotten der Mitgliedstaaten aus, und daher muss dabei insbesondere der Tätigkeit des Verkaufs frischer Ware zum menschlichen Verzehr Rechnung getragen werden, die von den traditionellen Küstenfischereiflotten stammt, die unmittelbar an im hohen Maße von der Fischerei abhängige Küstengebiete angebunden sind.