6. betreurt dat niet alle lidstaten het door de richtlijn vereiste stelsel van publiek toezicht hebben ingevoerd; stelt bovendien vast dat er grote verschillen bestaan tussen de lidstaten indien er wel vormen van publiek toezicht ingevoerd zijn; stelt vast dat het publieke toezicht volgens de richtlijn zodanig samengesteld moet zijn dat belangenconflicten worden vermeden; vraagt zich tegen deze achtergrond af of toezichthouders direct gelieerd aan nationale regeringen voldoen aan deze eis;
6. bedauert, dass nicht alle Mitgliedstaaten das in der Richtlinie geforderte öffentliche Aufsichtssystem eingeführt haben; stellt ferner fest, dass es zwischen den Mitgliedstaaten, in denen sehr wohl Formen der öffentlichen Aufsicht eingeführt wurden, große Unterschiede gibt; stellt fest, dass die öffentliche Aufsicht nach der Richtlinie so erfolgen muss, dass Interessenkonflikte vermieden werden; stellt sich angesichts dieses Hintergrunds die Frage, ob die Aufsichtsbehörden, die unmittelbar mit den nationalen Regierungen verflochten sind, dieser Auflage genügen;