a ) aan de in lid 1 bedoelde ondernemingen die na het verstrijken van de termijn van vijf jaar de solvabiliteitsmarge nog niet volledig hebben bereikt , een aanvullende termijn van ten hoogste twee jaar toestaan , mits deze ondernemingen de maatregelen welke zij zich voorstellen te nemen om de marge te bereiken , overeenkomstig artikel 20 aan de toezichthoudende autoriteit ter goedkeuring hebben voorgelegd ;
(2) Ausserdem können die Mitgliedstaaten a) einem unter Absatz 1 fallenden Unternehmen, das nach Ablauf der Frist von fünf Jahren die Solvabilitätsspanne noch nicht voll erreicht hat, eine zusätzliche Frist von längstens zwei Jahren gewähren, sofern dieses Unternehmen die geplanten Maßnahmen zur Erreichung dieser Spanne gemäß Artikel 20 der Aufsichtsbehörde zur Genehmigung vorgelegt hat;