De regels die zi
jn vastgelegd in de verschillende kaderbesluiten (Kaderbesluit 2002/584/JBZ betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten, Kaderbesluit 2005/214/JBZ inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op geldelijke sancties en Kaderbesluit 2006/783/JBZ inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning
op beslissingen tot confiscatie) verschillen op het stuk van de niet-uitvoering van verstekvonnissen en de grote discretionaire bevoegdheid van d
...[+++]e uitvoerende autoriteiten.
Die Bestimmungen der verschiedenen Rahmenbeschlüsse (Rahmenbeschluss 2002/584/JI über den Europäischen Haftbefehl und die Übergabeverfahren zwischen den Mitgliedstaaten, Rahmenbeschluss 2005/214/JI über die Anwendung des Grundsatzes der gegenseitigen Anerkennung von Geldstrafen und Geldbußen, Rahmenbeschluss 2006/783/JI über die Anwendung des Grundsatzes der gegenseitigen Anerkennung auf Einziehungsentscheidungen) unterscheiden sich hinsichtlich der Nichtvollstreckung von Abwesenheitsurteilen und des beträchtlichen Ermessensspielraums, welcher den vollstreckenden Behörden eingeräumt wird.